1 The Illness; In The Sand. zo apr 03, 2011 12:36 pm
Fatum
Ik ben een Het Lot.
De warme lentebries woei wat zand omhoog. Het water in de Mojave Desert was volledig opgedroogd en de planten waren dor.
Ondanks de hitte hing er een kille sfeer in de lucht. De sfeer van de aankomende dood.
In de verte verscheen een meisje aan de horizon, die, al strompelend, het einde van het zand probeerde te bereiken. Haar gezicht was ingevallen en haar ogen waren gebroken. Er hing een waas voor, een mist van kleine stofdeeltjes die glommen in de hitte.
De vrouw tolde rondjes en zei onverstaanbare woorden. Het vreemde aan de vrouw was de rare bleekblauwe huid en de aparte droge hoest.
Ookal was de grens van de Mojave Desert bijna bereikt, de vrouw wist zich geen raad meer. Ze knielde op de grond, en haalde een harig voorwerp uit haar zak. Het was een klein muisje, die in een bolletje in elkaar lag. Het was aan het trillen en de haren vielen langzaam uit. Een vreselijk gezicht.
Het meisje zei wat lieve woordjes, die niet konden worden vertaald. Toen streek ze haar hand langs het kleine muisje, die wakker werd uit zijn slaap. Met kleine kraaloogjes keek het naar de vrouw, wiens ogen haast onzichtbaar waren geworden.
Over het spitse neusje van het kleine diertje rolde een traan. Puur van verdriet en pijn.
Toen werd het muisje neergezet op de grond.
Het kleine meisje hief haar hoofd op naar de hemel, waar de zon in al zijn triestheid nog steeds brandde.
‘’Danku’’, schreeuwde ze plots. ‘’Danku voor deze prachtige wereld, danku voor dit leven’’
‘’Dank je Dust’’, was de kleine fluistering in haar stem.
Toen zakte ze in elkaar. Haar gezicht kwam neer in het warme zand, die de bleekheid een beetje verborg. Het kleine, totaal uitgemergelde meisje, ademde zwaar en keek recht vooruit.
Toen hief ze zich nog één keer omhoog, en keek me recht aan.
‘’O, wat is het mooi, dat is het, ik wist het’’ Het laatste leek meer op een fluistering.
Toen was het stil. Slechts alleen de wind woei, en maakte mooie vormen in het zand.
Het kleine muisje rende naar het meisje dat in het zand lag, met open ogen en mond.
‘’Tot snel, Katy, tot snel’’
De wind nam zijn stof mee, en naarmate de tijd verstreek verdween het meisje onder het fijnkorrelige zand.
Het mysterie van het meisje werd verborgen, maar het zou niet lang duren voordat het opnieuw geopenbaard werd.