1 The Sound of Silence di feb 18, 2014 7:00 pm
Jeremiah
Ik ben een Nieuweling
De lemmeten van zijn dolken flitsen in het beginnende zonlicht en zweefden door de lucht, al werd iedere beweging nauwkeurig gecoördineerd door Jeremiah. Het zweet stond op zijn voorhoofd en gleed langs zijn rug naar beneden. Een geconcentreerde uitdrukking sierde zijn gezicht. Het was lang geleden dat hij zo intensief had getraind. Eigenlijk was het cruciaal dat hij zijn techniek bijhield, mochten zijn vaardigheden weer ergens nodig zijn. Daarbij was het voor hem een manier om zijn hoofd leeg te maken, alles achter zich te laten. Het enige waar hij zich nu nog op richtte was de dans van de vredewachter, zoals men het ook wel noemde. Bijna zolang als de wereld Dust bestond, waren er al mensen geweest die deze vechtkunsten zichzelf eigen hadden gemaakt, hadden geperfectioneerd om het vervolgens door te geven aan een volgende generatie. Jeremiah had in het geheim zijn eigen vader weleens gade geslagen terwijl hij op hun erf met zijn zwaard de dans uitvoerde. Jeremiah prefereerde dolken en had van zijn pleegvader Bronn geleerd hoe een echte vredewachter behoorde te strijden.
Zijn voeten zetten zich snel en doelbewust in het zand, zijn armen strekten zich. Soepel volgde zijn lichaam iedere beweging. Al zijn spieren spanden zich aan. Hij draaide en maakte direct een sprong. Ergens mistte Jeremiah het bestaan als vredebewaarder wel. Het was niet de macht van het zwaard of de vechtkunst waar hij naar verlangde, maar de schoonheid ervan. In zijn ogen was een gevecht niet puur een manier om iets of iemand te domineren of een conflict te beslechten, het was ook een manier om uitdrukking te geven aan een ideaal of aan je eigen bestaan. Er waren tot op de dag van vandaag nog genoeg volkeren die zich verzette tegen het regiem, tegen het Magisterium. Hoewel Jeremiah gesteld was op zijn rust en de vrede, had hij tevens wel respect voor hen. Ze stonden tenminste ergens voor. Zelfs de Nigris hadden zo hun eigen wensen, al waren die dan minder geschikt voor alle andere clans.
Jeremiah maakte dit keer een halve draai, richting zijn anima Lyca. De zwarte reuzewolf zat ergens verderop in het zand. Twee gouden ogen staarden in de donkere ogen van de jongeman. Nog geen seconde later merkte Jeremiah plotseling iets in zijn ooghoek op. Het leek wel…een persoon. Wat verdwaasd, doordat zijn concentratie onverwacht was verbroken keek hij de richting van de figuur in de verte op. Wie of wat was daar…?
& Lady Tzipporah