Flower liep door de duinen. Iris lag al in het water. Als ze water zag werd ze helemaal gek. Flower deed haar schoenen uit en liep rustig naar het water toe. Ze was moe. Flower plofte neer op het zand en sloot haar ogen. Ze gaapte en ging liggen. Even mijn ogen sluiten dacht ze. Flower hoorde Iris grommen naar de golven en de meeuwen. Er verscheen een glimlach op haar gezicht. Het was een hele tijd geleden dat ze zich zo vrolijk voelde. Flower dummelde in maar schok op toen ze iets hoorde. Ze sprong op en ging in gevechtshouding staan. 'Wie is daar.' Riep ze. Flower wist dat ze moest uit kijken voor plunderaars, dieven en moordenaars. Achter haar hoorde ze Iris grommen.


Toen Iris haar wederhelft omhoog zag schieten. Liep ze naar haar toe. Ze gromde naar voor haar nog onbekend persoon. Toen Iris naast Flower stond liet ze haar tanden zien. Ze splitste haar oren en hoorde iets tussen de duinen. Iris zetten een stap naar voren en legde haar oren in haar nek en boog door haar voorpoten. Klaar om aan te vallen.

Brennan was alleen op pad gegaan. Zijn wederhelft Talos moest een ingredient zoeken voor een of andere geneesmiddel. Ook Brennan moest ernaar gaan zoeken.
Hij wist alleen niet waarvoor het nodig was, maar goed. Het moest gebeuren.
Brennan liep over de Terra Beach en liep het verkoelende water in. Daar zag hij een schim van een persoon met diens Anima. Maar Brennan had diegene nog nooit gezien
Hij schonk verder geen aandacht aan de persoon, totdat de Anima gevaarlijk begon te grommen, en hem dreigend aankeek. ''Wat moet je'', siste Brennan hem boos toe, in de hoop dat het dier weg zou gaan en hem met rust zou laten. Hij deed toch niets. Brennan liep recht door, en negeerde de Anima totaal. Maar het dier bleef grommen, alsof het iets beschermde.
Van wie zou de Anima zijn. Brennan keek voorbij de humeurige katachtige en probeerde te zien wie of wat de schim was. Maar hij kon het niet zien, en hij wist niet zeker of het zo'n goed idee was om erheen te stappen.

Flowers houding ontspande. Toen ze iemand wat hoorde zeggen. Flower legde haar hand op Iris's kop en gelijk ontspande de Anima. Flower streelde de kop van Iris. Iris ging door haar poten heen. Nu kon Flower zien wie ze had gehoord. Het was een jongen. Flower keek hem aan. Ze had hem nog nooit gezien. Nieuwsgierig als ze was. Ze keek hem aan toen ging ze zitten en volgde hem met haar ogen.

Toen Iris Flowers hand op haar kop legde ontspande ze gelijk. Ze ging door haar poten en legde haar kop op haar poten toch lette ze goed op. Niemand mocht te dicht bij Flower komen. Zonder dat ze wist dat die gene te vertrouwen was. Iris liet nog een grom horen en maakte daarna haar poten schoon die wel een wasbeurt nodig hadden.

Uit de schaduw kwam een meisje, die de Anima liet ontspannen.
Het meisje keek hem doordringend aan, en leek te wachten op een woord.
''Is dat je Animá'', vroeg Brennan terwijl hij met een schuin hoofd naar de plotseling opgeklaarde katachtige keek.
Brennan kon niet echt goed zien wat voor een dier het was, het leek hem een beetje op een tijger.
''Bent u nieuw hier, en van welke Clan bent u'' Brennan was een beetje schichtig geworden, na de aanvaring met Diadorah, een Nigris.
Hij wou zich absoluut niet met Nigris inlaten, dat bracht alleen maar onheil.

'Ja dit is Iris mijn Anima.'Antwoordde Flower. 'Ja ik ben nieuw hier. Ik hoor bij geen enkele Clan. Ik hou er niet zo van hoe ze de natuur verpesten.'Zei Flower. En na die woorden schudde de grond hevig. Na een paar seconden hield het op. 'En wie mag u zijn.'Vroeg ze nieuwsgierig.
'Mijn naam is Flower, Lily, Rose, Orchid.'Zei ze en glimlachte voorzichtig. Flower keek naar Iris die nu bezig was met het wassen van haar kop. Ze glimlachte naar haar en liet haar hand door de vacht van Iris heen glijden.

Aphrodite liep door de duinen heen. Ze zag in de verte twee mensen staan. Ze bestede er geen aandacht aan en liep door. Tot dat ze de grond voelde schudden. Ze liep op hen af en keek wat er aan de hand was. Ze zag een jongen en een roodharige meisje staan. Naast haar lag iets wat op een tijger leek maar daar was hij te groot voor. Ook had hij een soort van glans over zich heen. Aphrodite liep veder naar hen toe. 'Hallo.'Zei ze tegen hen. Anteros was nog ergens in de duinen. Toen Aphrodite achter haar keek zag ze net de snuit van Anteros tussen de duinen uit steken.