Je bent niet ingelogd. Log in of registreer je

Vorige onderwerp Volgende onderwerp Ga naar beneden Bericht [Pagina 1 van 1]

1..~ Saoirse! ~.. Empty ..~ Saoirse! ~.. wo aug 22, 2012 2:56 pm

Breandán

Breandán
Ik ben een Rookie
Rookie
Het was een prachtige dag. De zon scheen fel, maar was net niet te warm en de vogels floten hun mooiste lied. Er waaide een verkoelend briesje en de bladeren maakten hun natuurlijke ritselgeluiden. Het oude dorpje dat tussen de bergen van the Highlands lag was als altijd druk in de weer. Er moest tenslotte brood op de plank komen en dat kon alleen verkregen worden door hard te werken. Mensen liepen met grote bolderkarren vol aardappelen over de bobbelige wegen, kinderen in vuile kleren renden over de straten met dingen die of gejat of gekocht waren van vader en moeders geld, vrouwen en meisjes zaten achter toonbanken van naaiwinkels of waren bezig te weven, mannen en jongens maakten hun handen vies met het zwaardere werk. Het dorp was dan misschien niet zo groot, de mensen hadden een sterke ziel en veel trots. Ze waren positief ingesteld en velen schreeuwden een geestige grap naar elkander of stopten om een gezellig praatje te maken. Het was een dagelijkse gang van zaken voor de meesten. Alleen voor Breandán niet..
‘Ja mam, ik heb de kaart echt bij en ja, voor het geval je dat over vijf minuten weer gaat vragen, ook je zakje genezende kruiden.’
Breandán werd er bijna chagrijnig van. Hij was zo vrolijk en optimistisch opgestaan, maar zijn moeder stelde zoveel nutteloze vragen opnieuw en opnieuw dat hij zich eraan begon te ergeren. Gelukkig leek zijn vader dat te merken.
‘Kom op, Gormlaith, die jongen is geen baby meer. Hij kan nu echt wel voor zichzelf zorgen.’
De grote, lichtharige man draaide zich om naar zijn zoon en gaf hem een bemoedigend lachje.
‘Hij zal wel moeten als hij helemaal alleen op reis gaat.’
Zijn moeder leek het nog niet op zij te willen zetten en deed nog een stap dichterbij haar geliefde zoon. Ze deed zijn kraag goed en nadat ze een snelle lik aan haar vingers had gegeven deed ze een paar eigenwijze plukken haar achter zijn oor.
‘Ja ja, dat weet ik wel, maar toch blijft hij altijd mijn baby.’
Nu deed Breandán een stapje naar achter met zijn handen beschermend voor zijn borst.
‘Ahw, mam, straks hoort iemand het nog!’
Daarna knipoogde hij naar zijn moeder om te laten blijken dat het een grapje was, maar ze schudde haar hoofd en leek de humor niet door te hebben.
‘Nou en? Misschien houdt dat je wel tegen weg te gaan.’
Bran murmelde geërgerd dat dát hem juist eerder weg zou jagen dan hem hier laten blijven. Zijn moeder zuchtte wanhopig en keek hem smekend aan.
‘Had je nou niet net als je broer gewoon hier kunnen blijven en hier werk zoeken? Dat had het zoveel makkelijker gemaakt..’
Breandán glimlachte en gaf zijn moeder een warme omhelzing.
‘Maar niet voor mij, moeder. Ik moet hier echt weg.’
Ze verstrakte hun omhelzing door haar armen krachtiger op zijn rug te drukken en moest daarbij bijna op haar tenen gaan staan. Hij was dan ook al zo groot geworden en zo snel ook. Waar was die kleine hummel van vroeger gebleven die huilde om het kleinste wondje op zijn knie? Een traan stroomde over haar gladde wang en ze pakte hem nog iets steviger vast.
‘Als je maar voorzichtig doet.’
Haar zoon verbrak de omhelzing en keek haar aan met zijn warme gezicht. Zijn vaders gezicht.
‘Dat doe ik, moeder. Dat beloof ik je.’
Toen schoot zijn moeder in de lach.
‘Leugenaar! Dat doe je nooit! Ik ben je moeder. Ik ken je langer dan vandaag.’
Daarna werd haar stem weer iets brozer.
‘Je brengt jezelf altijd in de problemen.’
Bran legde zijn hand op haar schouder en gaf er een zacht kneepje in.
‘En ik red mezelf daar ook altijd weer uit, nietwaar? Echt waar, mam, het komt goed.’
Er verscheen een zachte glimlach op Gormlaith’s gezicht.
‘Dat weet ik, zoon. Dat weet ik…’
Zijn jongere zusje Finley kwam half achter zijn moeder staan en keek hem grijnzend aan.
‘Jep, maar ik zal er niet meer zijn om je uit je probleempjes te redden dus doe toch maar iets voorzichtiger, broer.’
Breandán schoot in de lach en gaf ook haar een omhelzing. Daarna stompte ze hem tegen zijn bovenarm en terwijl ze sprak kon hij de tranen achter haar ogen zien liggen.
‘Doe geen gekke dingen onderweg.’
Hij aaide haar over haar de zijkant van haar hoofd.
‘Zolang jij je maar niet gek laat maken door al die jongens hier.’
Ze pufte quasiverontwaardigd en rolde met haar donkere ogen, maar er stond wel een geamuseerde lach op haar knappe gezicht.
“Pffff, alsof ik dat óóit doe..’
Ze grinnikte.
‘Heb plezier broer!’
Hij grijnsde als teken dat dat wel goed kwam, maar schrok toen hij plotseling een klap op zijn schouder kreeg. Hij draaide zich om en zag zijn potige broer daar staan. Séagdha had zijn werkkleding nog aan en er zaten vegen vuil op zijn gezicht en handen.
‘Niet weggaan zonder je grote broer gedag te zeggen, héy?’
Breandán grijnsde en gaf hem een broederlijke omhelzing, hem een klap op de rug gevend. Séagdha fluisterde zonder hem los te laten:
‘En kom terug als een held, hè.’
Bran maakte zich los uit zijn greep, maar hield zijn armen nog vast.
‘Ik kom niet terug voordat ik dat ben.’
Séagdha grijnsde en roffelde door Bran’s haar, hun moeders moeite gelijk teniet doend.
‘Dat is mijn broertje!’
Opeens kwam er iets met een schok tegen zijn onderbeen aan en toen Breandán omlaag keek, keek hij neer op het donker harige hoofdje van zijn jongste zusje Mavourneen. Ze snikte zachtjes en hield zijn onderbeen stevig vast.
‘Grote broer mag niet weg! Hij moet hier blijven!’
Zijn gezicht verzachtte en hij zakte half door zijn knieën. Bran aaide over haar zachte haar en streelde daarna met zijn vinger over haar natte wang.
‘Grote broer komt snel terug. Echt waar.’
Breandán was nooit echt goed geweest met kleine kinderen en dus ook niet met zijn eigen kleine zusje en dit was echt het enige wat hij nu kon verzinnen om haar te kalmeren. Maar het leek even goed te zijn. Ze lachte even en liet hem voor een moment los, maar daarna leek ze zich te bedenken en klampte zich weer aan hem vast.
‘Nee, hij mag helemaal niet gaan! Ik zal hem zo missen!’
En ze begon weer te huilen, maar gelukkig schoot Finley hem te hulp. Ze pakte hun jongste zusje vast en suste haar met zachte woordjes en haar koosnaampje.
‘Ssjjt maar, Mavvie, niet huilen. Je maakte Grote Broer verdrietig en zoals hij zei; Hij komt spoedig terug.’
Heel even leek Mavourneen te twijfelen, maar liet hem daarna los en klampte zich aan Finley vast terwijl ze haar gezichtje in haar nek begroef. Finley knipoogde naar hem als teken dat alles goed was en voor een moment bewonderde hij zijn jonge zusje. Ze was nuchter en liet zich inderdaad door niemand gek maken, maar ze was zo lief en zorgzaam tegen Mavourneen dat het bijna leek alsof ze een echte prinses was. Bran lachte naar haar en nam toen voor het eerst met pijn in zijn hart afscheid. Toen ving hij de blik van zijn vader op die hem trots aankeek.
‘Een perfect dag om te reizen, zoon.’
Bran glimlachte en keek omhoog naar de stralende zon. Zijn vader drukte hem nog een stevige handdruk toe en kon hem het optimistische weer inboezemen.
‘Zoon, we zijn hier allemaal voor je en held of geen held, we kijken uit naar je terugkeer.’
Maar nog voor Breandán daar iets op kon zeggen gaf Fionnbahrr hem een tik tegen zijn schouder en grijnsde.
‘Nou, ga! Ik wil je hier niet zien voordat je op z’n minst iets bereikt hebt!’
Breandán knikte grijnzend en liep weg naar de bosrand, maar vlak voordat hij achter de bomen zou verdwijnen draaide hij zich nog een keer om, stak zijn vuist in de lucht en riep: ‘Saoirse!’ Zijn familie lachte. Bran glimlachte en zwaaide naar iedereen. Het Ierse woord voor ‘vrijheid’ omschreef precies het gevoel dat hij nu had. Hij liet zijn blik voor de laatste keer over zijn prachtige familie glijden en verdween toen in de bossen gevolgd door zijn trouwe viervoeter Conan.

Here we go again, we're on the road again.
We're on the road again, we're on the way to paradise.
We love the jungle deep, that's where the lion sleeps
For then those evil eyes, they have no place in paradise
Graffiti on the walls, just as the sun was going down
I see graffiti on the walls - for the Celts! for the Celts!
Graffiti on the walls says we're magic, we're magic,
Graffiti on the wall...

It says oh ah up the 'RA, say ooh ah up the 'RA.


Breandán zong terwijl hij door de wildernis liep. Hij zong een oud Iers lied en van sommige woorden wist hij zelf niet eens wat ze betekende. Graffiti? Het zou wel een soort kalk of kleurstof zijn geweest. Breandán had een dezer dagen het hoofdpad naar Sarania gevonden, maar was dat weer kwijtgeraakt tijdens het jagen. Toch kon dit zijn vrolijke stemming niet verbreken. Zijn buidels waren weer gevuld na het een dag zonder vlees te moeten hebben gedaan. Het gedroogd vlees dat hij van zijn vader mee had gekregen was dan ook zo lekker. En dus ook zo op.. Maar hij had niet alleen nieuw vlees, hij had ook weer bessen en vers water bij en het motiverende Ierse lied dat hij zong hielp hem ook mee. Zijn dag kon niet stuk. Hij had zin om ergens nuttigs aan te komen, al was het maar het hoofdpad, maar aan de andere kant vond hij het wel lekker om een beetje rond te hupsen. Nee, dat vond hij toch niet! Hij wilde een held worden! Dan kon hij maar beter de snelste weg naar Sarania gaan zoeken voordat hij echt ging verdwalen anders zou hij er nooit meer komen. Breandán stopte met zingen en keek turend om zich heen. Opeens kefte Conan en trok daarmee Bran’s aandacht. Nu hij keek, merkte hij dat hij zijn hond niet eens meer zag.
‘Hey, Cono! Waar ben je? Kom hier, jongen. Hier!’
Maar de hond kwam niet. Hij begon alleen maar meer te blaffen. Breandán gromde. Stom beest. Misschien was hij dan toch maar gewoon een hond. Eentje die niet luisterde dan. Nu moest hij dat beest gaan halen. Bran vond zich een weg door de bladeren en zocht zijn hond op basis van het geluid dat zijn rauwe hondenkeel produceerde.
‘Hier, jongen! Hier!’ riep hij terwijl hij de takken uit zijn gezicht moest duwen, maar het was vergeefs. Totdat hij plotseling geen takken meer voor zich zag. Breandán knipperde een keer met zijn ogen tegen het licht dat opeens veel feller leek. Toen hij weer wat normaler kon kijken keek hij recht naar de blauwe hemel. Er was geen wolkje aan de lucht en hij moest zijn hand naar zijn gezicht brengen om zijn ogen te beschermen tegen de zon. Breandán liet zijn blik omlaag kijken en werd gelijk getrokken door zijn hond.
‘Dus hier ben je, jij st-..’
Opeens zag hij het. Hij stond op een van de lagere heuvels en staarde naar het Zuidwesten. Hij kon nog net Sarania niet zien liggen, maar de weg daarheen zeker wel! Hij hoefde alleen maar iets omlaag en dan meer naar het Westen en dan zou hij er zo zijn! Bran keek zijn hond blij aan en gaf hem een aai over zijn kop.
‘Goed gedaan, jongen! We zijn er bijna!’
Bijna bij de hoofdweg. Sarania lag nog ver weg. Breandán zette het op een sprinten. Hij rende de heuvel af wat niet zo slim was, want op een gegeven moment kon hij niet meer stoppen en de bomen kwamen snel dichterbij. Hij schreeuwde, deels uit adrenaline en deels uit angst. Met een angstaanjagende vaart schoot hij tussen de bomen door en probeerde ze zoveel mogelijk te ontwijken. Breandán sprong ook nog over een aantal boomstronken heen totdat hij uiteindelijk doodmoe tot stilstand kwam. Hij nam een korte pauze en at daarbij een stukje vlees en dronk wat water wat hij met Conan deelde. Omdat het bijna als een overwinning voelde nam hij ook een aantal slokken van zijn Ierse bier dat hij mee had genomen en waar hij ook wel wat voorzichtiger mee had gedaan. Daarna sprong hij weer fit op en liep het laatste stukje naar de hoofdweg. Conan begon opgewekt te blaffen toen hij het eindelijk zag en Bran gooide zijn armen hoog in de lucht.
‘YEAH!! Eindelijk!!’
Hij sloeg zijn blik ter hemel en dankte de heer. Daarna ging hij vrolijk zingend weer verder. Ditmaal over het goede pad.

Here we go again, we're on the road again.
We're on the road again, we're on the way to paradise.
We love the jungle deep, that's where the lion sleeps
For then those evil eyes, they have no place in paradise.


~ Iedereen welkom Very Happy Kort of lang, maakt niet uit ;p

2..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. wo aug 22, 2012 7:46 pm

Faith

Faith
Ik ben een Burger
Burger
Faith verplaatste haar zware tas naar haar andere schouder. De dame was overgoten van blijdschap die een goede daad altijd met zicht meebracht; het gaf haar een intens voldaan en tevreden gevoel. Langzaam stak ze haar handen uit naar haar Anima Mystic. Faith voelde een elektriserend contact, alsof er pure hitte door haar hand ging. De connectie wat zij met haar Anima deelde was niet te beschrijven. Met haar blote voeten stond zij op een smalle, rotsachtige kust en de scherpe stenen staken in haar voetzolen. Er stak een harde wind op, die haar haren in verwarde slierten om haar gezicht blies, zodat zij haast niets meer kon zien.

Uren waren verstreken terwijl de beide dames nauwelijks nachtrust hebben gehad. Maar wat was nu geen slaap als je mensen had kunnen helpen die op dat moment iemand nodig hadden?
Faith voelde zich intens gelukkig.

Die nacht had natuurlijk positieve dingen bij haar naar boven gebracht maar het huis wat zij in brand had gezien herinnerde aan haar verleden. Het huis leek op het huis van haar ouders die zij altijd als toevluchtsoord gebruikte. Plotseling voelde ze zich geïsoleerd en kwetsbaar, zo had ze zich in tijden niet meer gevoeld. De vlammen hadden haar angst aangejaagd maar desondanks had zij de twee kinderen uit het huis kunnen redden.
Met de hulp van Mystic natuurlijk.

Voorzichtig stapte ze zij over de rotsachtige oever die op haar pad kwam te liggen naarmate zij haar reis voorzette. Nu gingen ze richting een langzaam stromende beek, die op dat plekje nog geen twee meter breed was. Half in het water lag een afgeplatte kei, waar ze met haar knieën op ging zitten. Vervolgens ging Faith plat op haar buik liggen, met haar gezicht dicht bij het water.

Een natuurlijk verdwijngat in de bodem schiep op die plek een nauwelijks glimmende ring van water van circa vijftig centimeter doorsnee, zo glad en vlak als een spiegel.
Langzaam werden de ogen van Faith zwaar en viel de vrouw uiteindelijk in een diepe slaap.

Uren later werd ze wakker door een vis die uit het water sprong, hoe noemde ze deze vissen ook alweer? Vliegende vis? Klopte dat wel?
Dit herinnerde Faith aan de honger die zij had omdat haar maag begon te knorren.
Mystic was haar al voor geweest, die had al een aantal vissen gevangen en stond te wachten tot Faith ze zou schoonmaken en koken.
Dat ging zij ook doen.

Nadat de magen waren gevuld, Faith zich in de beek had gewassen en nu een schitterende, witte jurk had gehesen vervolgde zij haar weg naar het onbekende.
Haar haren dansten prachtig mee in de ritme van de wind. Haar ogen schitterde achter het masker die zij droeg.

Na een tijd kwamen ze aan bij een heuvel die hun prachtig uitzicht verschaft over de hoge landen.

De natuurverschijnselen waren fascinerend om te bekijken. Mystic leek door dit uitzicht meer energie te krijgen en rende enthousiast de heuvel af richting de hoofdweg.

De hoofdweg zou hun de weg verschaffen naar een stad of een dorp waar Faith waarschijnlijk weer materialen kon aanschaffen. Haar voorraad weer bijvullen zodat ze weer voor een aantal dagen zou zijn voorzien .

Faith volgde het pad naar beneden om zo ook de hoofdweg te kunnen volgen. "We zijn er bijna Mystic, nog even geduld" Sprak Faith met elegantie terug te vinden in haar tonering. Haar stem klonk zacht en zo zoet als de honing die de bijen maakten in hun bijenkorf. De zachtheid herinnerde je aan de wol van de schapen die werden geschoren om daar jassen van te maken.

3..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. do aug 23, 2012 3:22 pm

Breandán

Breandán
Ik ben een Rookie
Rookie
Breandán liep vol goede moed verder over het brede zandpad, maar stopte abrupt toen hij een vrouw in wit gewaad zag lopen. Hij zag haar alleen maar van de achterkant, maar de frisse, witte jurk die ze droeg verhulde dat ze slank was en haar donkere haren dansten zachtjes mee op de wind. Er verscheen een kleine glimlach op Bran’s altijd vrolijk staande gezicht en met een ingehouden drafje ging hij op de vrouw af. Met een boogje sprong hij voor haar neer en maakte een beleefde, typisch Keltische buiging.
‘Goedemiddag, schone dame, wat doet een mooie vrouw als ye zo helemaal alleen in de hoge bossen van Greenwich?’ vroeg hij in zijn goedgehumeurde, Ierse accent.
Breandán lachte charmant. Hij vond het geweldig dat hij iemand had gevonden waarmee hij het pad naar Sarania misschien wel kon delen. Alleen was maar alleen en het gezelschap van een mooie, jonge dame zou hij zeker niet afslaan. Maar toen hij opkeek en haar in de ogen wilde kijken schrok hij. De vrouw, het meisje, hij kon het moeilijk inschatten, droeg een groenblauw masker voor haar gezicht. Iets wat in zijn dorp werd geassocieerd met heksen zo bijgelovig als het was. Verschrikt deed Bran een stapje terug. Maar hoe kon dit? Wit was de kleur van rein en puurheid. Heksen droegen die niet. Hij krapte even verward aan zijn achterhoofd en realiseerde zich toen hoe stom hij er wel niet uit moest zien. Zijn ogen flitsen even snel in de richting van Conan; zijn zwart bruin gevlekte bastaard hond. Hij leek Bran’s plotselinge ongemakkelijkheid wel aan te voelen, maar was meer bezig met het bestuderen en besnuffelen van… Ja, wat was het eigenlijk? Het was een zeer schattig, mollig beestje dat wel iets weg had van een beer, maar dan zwart met wit. Maar hij mocht zich niet laten afleiden! Snel keek hij de vrouw voor hem weer aan. Half vragend en half serieus trok hij zijn wenkbrauw op.
‘Erm, sorry, mevrouw, maar, eh..,’
Breandán slikte even nerveus. Hij wist niet zo goed hoe hij deze vrouw in moest schatten. Vreemde heks of vreemd, reizend meisje? Bran had eigenlijk willen vragen of ze haar masker had willen afdoen, maar… Opeens drong het tot hem door! Ze had waarschijnlijk een of ander groot litteken te verbergen op haar gezicht! Een steek van jaloezie schoot door zijn maag. Littekens betekende eer, want littekens betekende dat je een zware strijd hebt weten te overleven of ja.. een stom ongeluk had ervaren, maar Bran ging liever uit van het eerste. Littekens dwongen respect af, maar bij vrouwen zat dat waarschijnlijk anders dan bij mannen. Breandán was nu even zijn woorden kwijt, maar besloot het op safe te spelen. Het meisje, vrouw, vrouwmeisje, zag er tenslotte niet slecht of onaardig uit. Hij herstelde zich uit zijn verwarde opstelling en werd weer wat nonchalanter. Bran schraapte zijn keel met zijn vuist voor zijn mond en begon over iets anders.
‘Sorry voor dat..’ Hij glimlachte weer, ‘Mag ik ye naam weten, mysterieuze, gemaskerde vrouw?’
Wacht, wat ook kon zijn was dat de vrouw op weg was naar een gemaskerd bal! Er kwamen twinkelende lichtjes in zijn ogen en niets in hem geloofde meer dat ze een heks was. De vrouw was gewoon op weg naar een bal in Sarania! Dat moest het wel zijn! Breandán grijnsde wat breder en even werd hij weer afgeleid door het vreemde pluizenballetje dat het meisje vergezelde.

*Ghehe, sorry dat bijna de hele post over je masker gaat, maar hij is er zo van onder de indruk sinds hij het niet kent xD Ik vind het trouwens heel mooi hoor Wink

4..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. do aug 23, 2012 8:53 pm

Faith

Faith
Ik ben een Burger
Burger
Haar tong gleed langs haar gekleurde, rode lippen die zij met rode lippenstift had toegebracht. Haar lippen voelde droog aan sinds de uren die waren verstreken nadat zij het beekje had verlaten. Door het bevochten van haar lippen doormiddel van haar tong kwam Faith erachter dat haar lippen lichtjes waren gebarsten. Door de rode lippenstift werd dat verborgen waardoor haar lippen eerder als sensueel werden aanschouwd.
Uit het niets sprong er een man voor haar pad waardoor de jonge vrouw wel tot stilstaan moest komen.

Af en toe knipperde zij met haar ogen terwijl haar lichaam in een gespannen houding stond door de plotselinge verschijning van deze jongeheer.
De woorden gingen langzaam door haar heen en werden uiteindelijk als een zin gevormd in haar hoofd nadat zij uiteindelijk besloot om niet meer als een stenen standbeeld te blijven staan.

Voordat zij antwoord gaf bekeek zij de jongen die voor haar stond van top tot teen. Natuurlijk zorgvuldig, oplettend en het viel juist helemaal niet op dat zij ieder uiterlijk deel tot zich nam. Hij had bruine haren die haar herinnerde aan de kastanjes die met de herfst uit de bomen vielen. Zijn ogen leken haast goud die door de mijnwerkers werden opgegraven, riskerend dat ze die dag misschien niet zouden overleven.
Gouden ogen, zo schitterend waardoor Faith haast vergat om adem te halen. Daarbij had de jongen ook nog een lichte baardgroei wat hem ouder maakte dan hij werkelijk zou zijn. Hoe oud schatte zij hem? Faith was daar nooit goed in geweest.

Maar wat Faith het meest fascineerde was zij accent waardoor zij kippenvel kreeg over haar hele lichaam. Dat maakte hem nog aantrekkelijker dan zij nu al vond. Hoe zou Faith voor de man op dit moment hebben uitgezien? Haar masker zorgde ervoor dat velen emoties op haar gezicht niet te lezen zouden zijn. Godzijdank.
”Mijn heer” pauzeerde Faith terwijl er een betoverende glimlach op haar gezicht sierde. ”Ik moet toegeven dat uw plotselinge aanwezigheid mij heeft laten schrikken. Ik ben in feitelijk niet alleen want ik wordt begeleid met mijn metgezellen” Haar ogen werden nu gericht naar haar panda die de hond verwelkomde door met haar snuit tegen zijn kop te strelen.

Op dat moment wanneer de man opkeek en Faith in haar ogen keek nam de man verschrikt een stapje achteruit. Deze reactie was wel te verwachten want je kwam niet dagelijks iemand tegen die een masker droeg voor zijn of haar gezicht. Aan de ene kant vond zij het wel amuserend om te zien hoe een persoon hierop reageerde.

Ieder individueel had zijn eigen reactie.

”U hoeft zich niet te excuseren want dat is nergens voor nodig” Desondanks haar vriendelijkheid merkte je dat Faith haar nodige afstand hield. Deze vrouw was niet gewend aan spontaan gezelschap. De man leek wel zomaar uit de lucht zijn gevallen. De meeste waren bang voor haar omdat zij vaker als een ‘heks’ werd gezien.
De volksliederen wisten niet de reden achter dit masker.

De vrouw schudde haar hoofd terwijl haar ogen schitterde achter het masker bij zijn volgende woorden. ”Voor dat? U bent niet de eerste met een zodanig reactie” Haar stem klonk nog even zoet als voorheen. ”Helaas zou ik u moeten teleurstellen mijn heer. Ik deel niet gauw mijn naam aan vreemden Het woord vreemden had zij zodanig uitgesproken alsof er een geheimzinnige boodschap aan de man werd gegeven. Je moest goed luisteren naar de tonen die zij gebruikten, de klanken van ieder woord.


____
Vind ik helemaal niet erg.
Sorry als mijn stukken niet zo lang zijn, ben daar niet echt zo held in Razz

5..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. vr aug 24, 2012 1:38 pm

Breandán

Breandán
Ik ben een Rookie
Rookie
Breandán schoot in de lach toen ze hem beduidde met ‘een vreemde’. Niet omdat hij haar wilde uitlachen, maar omdat hij ook dat niet gewend was in zijn dorp, maar vooral om zijn goede wil uit te stralen.
‘Oh, maar mevrouw, waar ik vandaan kom kennen ze geen vreemden!’ Zei hij met een brede lach die zijn witte tanden ontblootte. ‘Maar het is niet erg, toch kan ik u mijn naam wel vertellen, hoor!’
Hij maakte een diepe buiging en haalde daarbij een denkbeeldige hoed van zijn hoofd.
‘Ik, schone dame, ben Breandán Cionaodh. Afgezant van het kleine dorp Luaithrigh en tevens voorbestemde held. Vrij als een vogel maar niet vogelvrij.’
Hij glimlachte om zijn eigen grapje en ging weer recht staan. Daarna wilde hij nonchalant met zijn hand op zijn achterhoofd met zijn elleboog tegen de dichtstbijzijnde boom aanleunen om een stoere indruk te maken, maar hij schatte de afstand tot de boom te ver in en schoof er langs. Het scheelde niet veel of Breandán was gevallen, maar hij kon zich nog net staande houden. Zijn wangen kleurden zacht rood van zijn blunder, maar hij trok zich er niets van aan. Vastbesloten om het goed te doen keek hij snel naar de boom en plantte zijn elleboog er toen tegenaan terwijl hij zijn andere hand in zijn zij zette en zijn voeten met elkaar kruisten.
‘Zoooo…. Waar ga ye naartoe met dat schone masker? Wacht er een minnaar op een chic gemaskerd bal in Sarania? De fear-ádh*…’
Breandán lachte zijn vrolijke lach en keek even naar de grond waarna hij de vrouw weer recht aankeek al kon hij haar ogen door het masker niet zien.


* Fear-ádh betekent de geluksvogel in het oud Iers ;p Hij bedoelt daarmee de zogenaamde minnaar :3
Het hoeft ook echt niet lang te zijn hoor ;p Ik vind je berichten leuk om te lezen ;D Mijn bericht nu is ook niet zolang :d

6..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. vr aug 24, 2012 6:36 pm

Faith

Faith
Ik ben een Burger
Burger
Wanneer hij begon te lachen stonden de haren van Mystic overeind. Haar snuit trilde terwijl zij de man tot zich nam met haar donkere ogen. Was de man wel te vertrouwen en waarom lachte hij alsof hij de zon zelve is? Haar donkere lokken sierde zachtjes met de bries van de wind mee wat haar een aantrekkelijke uitstraling gaf. Haar masker glinsterde voor een seconde wanneer de zon er op scheen. De jongen schonk haar een brede lach die zijn witte tanden ontblootte.
Het zag er niet verkeerd uit en de glimlach stond hem goed. De lach rimpeltjes gaven hem een toch iets schattige uitstraling, iets onschuldig.

”Breandán Cionaodh” sprak Faith met zorgvuldigheid uit en een tikkeltje aarzeling te horen alsof ze bang was om het verkeerd uit te spreken. Haar ogen stonden bedachtzaam wanneer zijn naam makkelijk over haar lippen rolde. Faith kwam tot de conclusie dat ze zijn naam uniek vond, zeldzaam omdat je dat niet iedere dag tegen kwam.
”Breandán Cionaodh, prettig kennis met u te maken” Faith tilde haar witte jurk ietsjes op zodat zij lichtjes door haar knieën kon gaan om hem te begroeten. Zo deden de vrouwen dat in die tijd. Klassiek maar vrij charmant.Mijn naam is Faith Everwoods. Helaas klinkt mijn naam niet zo uitzonderlijk als die van u maar het is wel gemakkelijker uit te spreken” Nu schonk de dame hem ook een openlijke glimlach waardoor je haar schitterende, witte tanden zag. Dit betekende dat Faith niet bij de armen hoorde want die zouden hun tanden niet zo kunnen verzorgen als zij al jaren deed.

Met haar slanke vingers kamde zij even door haar bruine lokken die je herinnerde aan chocolade wat velen zich niet konden veroorloven. Zo bracht haar haren weer in model wat haar veel vrouwelijker liet uitkomen. Haar ogen hielden de man zorgvuldig in de gaten wanneer hij een poging leek te doen om met zijn elleboog tegen de dichtstbijzijnde boom aanleunen. Hij had blijkbaar de afstand tussen hem en de boom niet al te goed ingeschat want hij schoof er langs waardoor de man bijna viel. Faith probeerde haar lach in te houden en tot haar verbazing zag je niets op haar gezicht. Geen enkel spiertje trok en haar lippen waren nog steeds in een neutrale plooi. Zijn wangen kleurden zacht rood waardoor Faith de drang kreeg om haar hand uit te steken en op zijn wang te rusten om hem te zeggen dat zij ook vaker blunders heeft begaan.

Bij zijn vraag bleef het voor een tijdje stil waardoor je alleen het geruis van de wind hoorde en de bladeren van de bomen. ”Dit masker is niet bedoeld voor een gemaskerd bal maar ik begrijp uw vergissing. Dit masker is gerust op mijn gezicht voor andere redenen.” Haar stem klonk nu zo kil als de koude wind die langs haar hals streek. Hierdoor rilde zij voor kort.

7..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. ma aug 27, 2012 6:05 pm

Breandán

Breandán
Ik ben een Rookie
Rookie
Breandán keek het meisje verwachtingsvol aan toen ze ietwat vertwijfeld zijn naam uitsprak en knikte bemoedigend toen ze dat goed deed. Hij maakte zelf ook een kleine buiging voor de vrouw en behield zijn eeuwige glimlach.
‘Insgelijks, mooi maskermeisje,’ zei hij grijnzend en even was hij verbaasd toen ze hem toch haar naam vertelde. Breandán had gedacht dat ze hem als vreemdeling zag en hem dus haar naam niet had willen laten weten, maar blijkbaar was ze van gedachten verandert. Hoe dan ook, hij was blij van de betekenisvolle naam gehoor te krijgen.
‘Hmm, Faith, dat is een mooie naam. Geloof is iets wat je altijd moet behouden. Zonder geloof en vertrouwen kom ye nergens! En ik kan het weten… Als ik niet het geloof in mijn reis had gehad was ik nooit vrijgekomen uit m’n moeders greep!’
Hij knipoogde goedwillend terwijl hij genoot van Faith’s schone lach, maar van haar plotse stilte bij zijn vraag over haar masker schrok hij. Breandán werd er ietwat ongemakkelijk van en wist niet goed of hij de stilte moest opbreken of niet, maar gelukkig gaf ze hem uiteindelijk toch nog antwoord. Een koude rilling gleed daarbij over zijn rug want haar zachte, vriendelijke stem was opeens omgeslagen in hard en kil. Hij slikte niet helemaal op zijn gemak en krabde aan zijn achterhoofd.
‘Oh, eh, sorry.. Is het…?’
Nee. Misschien wilde ze wel helemaal niet dat hij er naar vroeg. Misschien ging het dan toch om een litteken waar ze zich waarschijnlijk voor schaamde. Breandán besloot dat hij er maar niet over doorging en de gezelligheid weer terug het gesprek in moest lozen. Het meisje leek hem tenslotte nog steeds erg aardig.
‘Nee maar, ye bent wel op weg naar Sarania, begrijp ik? Dat is ook mijn eerste stop en misschien zouden we samen kunnen gaan? Samen is toch gezelliger dan alleen!’
Langzaam werd Breandán weer enthousiast. Het vooruitzicht van alleen met zijn koppig hond, die heftig kwispelend het spannende beestje van Faith onderzocht en genoot van haar vriendelijke tegemoetkoming, op weg te gaan terwijl hij ook met zo’n schone dame op pad had kunnen gaan stond hem niet erg aan. Opeens grijnsde hij.
‘Laat me het anders vragen, Faith.’
Ondanks dat Breandán haar naam waarschijnlijk niet helemaal goed uitsprak omdat zijn Ierse dialect hem dat niet toeliet deed hij wel zijn best. Een idee was hem te binnen geschoten en hij maakte nogmaals een buiging, maar deze keer iets sierlijker. Hij maakte een uitnodigende beweging met zijn hand en hoopte vurig dat ze haar hand in de zijne wilde leggen.
‘Laat mij, nederige timmerman’s zoon, u, schone jonkvrouw, dan alstublieft naar Sarania begeleiden en u beschermen tegen al wat u lastigvalt. Het zou mij een ware eer zijn, vrouwe Faith..’
Zijn manieren zeiden Bran dat hij naar de grond moest blijven staren, maar toch keek hij snel even ontdeugend omhoog om Faith’s reactie af te lezen. Misschien kon hij haar ogen dan wel niet zien, maar een glimlach zou hem al genoegen doen.

8..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. di aug 28, 2012 8:44 pm

Faith

Faith
Ik ben een Burger
Burger
Het woord maskermeisje had zij nog nooit eerder in haar leven gehoord. Nog nooit had iemand de moeite genomen om Faith een bijnaam te schenken laat staan wat zij zojuist hoorde. ”Maskermeisje?” Amuserend had zij met haar hoofd geschud terwijl haar witte tanden werden onthuld. Een oprechte glimlach wat het meeste wel zouden plezieren.
Breandán complimenteerde Faith met haar naam en begreep ook nog eens de betekenis ervan. Velen wisten het niet of toonde geen interesse om over haar naam na te denken. ”Bedankt uwe heer. U bent één van de weinige die weet wat mijn naam werkelijk inhoud. Niet alleen geloof speelt een grote rol bij mijn naam maar ook vertrouwen. U bent bij het juiste eind wat mij volkomen deed verrassen”
Ze nam een bruine lok tussen haar vingers waar zij mee begon te spelen wat haar een onschuldige uitstraling gaf.

De vrouw begon zich met de minuut zich meer op haar gemak te voelen.

Dit veranderde nadat zij zijn vraag had beantwoord want Faith hield er niet van als vreemdelingen een vraag stelde wat met haar masker te maken had. Iedereen leek altijd in de ban te zijn van haar masker en de meeste conversaties gingen daarover. Deze dame was nog zo verstandig om daar gauw een punt achter te zetten omdat zij over dit onderwerp liever niet sprak.
”Is het? U mag uw zin niet zomaar onderbreken, wie begint moet het altijd eindigen. Litteken? Een wond? Veel gruwelijker dan dat. ”
Nu merkte je duidelijk aan haar houding dat zij het onderwerp had gesloten en er niet meer over wilde spreken.
‘Nee maar, ye bent wel op weg naar Sarania, begrijp ik? Dat is ook mijn eerste stop en misschien zouden we samen kunnen gaan? Samen is toch gezelliger dan alleen!’ Voordat zij antwoord had kunnen geven had de man haar al onderbroken. Ze knipperde een aantal keren met haar ogen om te zien waar dit naar leidde. De man maakte een buiging, maar deze keer iets sierlijker. Hij maakte een uitnodigende beweging met zijn hand wat zou betekenen dat Faith haar hand in de zijne moest leggen.

Een blos verscheen op haar wangen die haar masker niet deed verhullen. De dame slikte voor kort want nog nooit had iemand zo vriendelijk tegen haar gesproken. Daar stond zij dan, zo stil als een porseleinenpop die naar zijn hand staarde. ”Ik neem u aanbod met alle nederigheid aan” Voor het eerst in tijden schonk zij de man een oogverblinde glimlach wat weinigen konden weerstaan. Zij ruste haar hand in de zijne terwijl haar ogen nu diep in die van hem waren gericht. Voor het eerst deelde zij voor kort oogcontact totdat Faith op tijd wegkeek.
Haar hand voelde zo zacht aan als een satijnen kussen en was vergeleken met die van de man kleiner, fragiel en slanker. Iets in haar vertelde dat zij op haar hoede moest blijven want mannen waren sluwe wezens.
:animatell:
In de tussentijd hield Mystic de man goed in de gaten omdat mannen niet waren te vertrouwen. Hij deed veels te aardig want de meeste wilde niet met Faith gezien worden. Nu werd de panda afgeleid door de grote hond die voor haar stond. Ze had besloten om deze twee vreemdelingen goed in de gaten te houden.

9..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. wo aug 29, 2012 3:13 pm

Breandán

Breandán
Ik ben een Rookie
Rookie
Hij was geschrokken van haar plotselinge uitbarsting over het masker. Ze had wel gelijk dat men zijn zin af hoort te maken, maar hij dacht dat ze er niet over wilde praten. Nou, na wat ze had gezegd over haar masker en dat het iets gruwelijkers dan een litteken verhulde wist hij het wel zeker dus hij ging er maar niet over verder.
Het was Breandán ook niet ontgaan dat Faith bloosde bij wat hij haar vervolgens had gevraagd. Normaal zou hij daar om moeten glimlachen, omdat hij het een buitengewoon schattige karaktereigenschap van meisjes vond, dat blozen, maar voor nu hield hij zijn beleefde houding aan. Gelukkig ging ze op zijn aanbod in en liet ze haar fijne, zachte hand in zijn grovere en ietwat vuile hand glijden. Wow, wat voelde die hand fijn. De enige met wie hij die een beetje kon vergelijken was zijn jongste zusje Mavourneen en zij was nog stikjong. Toen hij stiekem omhoog keek om haar reactie af te lezen schrok hij, want ze keek hem gelijk diep aan. Breandán wilde zijn blik wel afwenden, maar kon dat pas toen Faith zelf dat eerst deed. En ja, het was een shame, maar nu ontstond er zelfs een blos op zijn wangen. In zijn hoofd vervloekte hij zichzelf. Dat was nu damnaigh al de tweede keer vandaag!
Breandán pakte Faith’s hand iets steviger vast en ging weer rechtop staan. Daarna wilde hij haar eerst voor laten gaan, want zij was tenslotte de ‘lady’, maar toen realiseerde Bran zich dat hij haar zou moeten beschermen tegen al dat kwaad wilde en dat betekende weer dat hij voorop zou moeten lopen. Hmm, moeilijk, moeilijk, moeilijk. Breandán was nou eenmaal niet met de eersteklas etiketten opgevoed en wist dus niet zo goed was met deze tweestrijd te doen. Opeens glimlachte hij weer. Hij was zo druk bezig geweest met wat hij moest doen dat hij bijna niet eens had gehoord wat het meisje gezegd had. Nonchalant, maar wel op een komische manier wuifde de jongen met zijn hand.
‘Ach, Faith, van mij hoef ye niets met nederigheid aan te nemen. Een ietsepietsie beetje dankbaarheid is al genoeg.’
Nogmaals knipoogde hij goedbedoelend naar het in wit geklede meisje en sprong toen enthousiast naar voren, verder de weg op.
‘Nou, laten we gaan! Ik betwijfel of ze in Sarania tot diep in de nacht nog doorschenken!’
Zijn eerlijke glimlach ontblootte deze keer ook zijn tanden en hij had zin om op een drafje verder te gaan en ondertussen zijn lied weer door te zetten, maar daar zou hij het meisje misschien mee irriteren ook al was zij één van de redenen dat hij zich zo vrolijk voelde. Niet iedereen hield van zijn Ierse geblèrgezang en de meesten liepen liever in een normaal tempo dan in zijn overenthousiaste half gehuppel.
Nadat ze even gelopen hadden kwam er een vraag in Breandán op. Hij kon nou eenmaal nooit voor lang zijn mond houden. Conan liep ondertussen kwispelend achter ze aan, maar besteedde totaal geen tijd aan Bran. Nee, hij vond de vreemde beer van Faith veel interessanter! Breandán werd er dus ook door afgeleid en glimlachte nieuwsgierig alvorens hij ernaar wees.
‘Zeg, Faith, wat is dat voor een dier? Hij, er, zij.. Hm, hij of zij lijkt op een beer, maar ik heb nog nooit van zulke aparte kleuren bij een beer gehoord.’
Breandán was eigenlijk misschien wel liever iets meer over zijn nieuwe metgezellin zelf te weten gekomen, maar hij verdacht haar ervan niet zo van dat soort vragen te houden dus na haar antwoord gehoord te hebben wilde hij de sfeer wel weer wat oppompen met vrolijk gezang.
‘Hou ye trouwens van zingen? Misschien ken ye nog een leuk nummer voor onderweg?’
Breandán liet zijn handen in zijn zakken glijden en was benieuwd naar wat ze ervan vond.

Gee, heb nog een leuk idee, maar dit moest toch even eerst x3

10..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. wo aug 29, 2012 4:03 pm

Faith

Faith
Ik ben een Burger
Burger
Een glimlach deed de lippen van de dame sieren. Haar slanke vingers deden gerust liggen op zijn stevige, iets vuilere hand. Haar hand voelde uitermate zacht aan wat betekende dat Faith niet veel huishoudelijke taken verrichten. Dat zij niet zoals ieder vrouw in deze tijd de kleding op de hand deden uitwassen al hadden de meeste mensen niet eens de luxe om hun kleding vaker schoon te maken. Mystic leek haar te waarschuwen met haar ogen dat Faith zich niet teveel moest blootstellen aan deze heer. Ze leek de laatste tijd wel steeds onvoorzichtiger te worden, geen goed iets. Ze rechtte haar lichaam weer en tilde haar hoofd op. Ze kon voelen hoe haar bruine lokken tegen haar rug aan bewoog. Het was zijn lichte huid die bijna breekbaar overkwam – als porselein-, maar die in sterk contrast stond met zijn stralende ogen. Ogen die overheerst werden door emoties en de kleur hadden van de woeste zee. Zacht gezegd overdonderde zijn 'zijn' het meisje. Het oogcontact had haar niet goed gedaan want een rilling gleed over haar rug. Ze keek de jongen voor haar aan, glimlachte bij het zien van zijn glimlach, ze hoorde de stem, luisterde naar deze, terwijl ze met haar ogen een vlinder volgde, die achter hem langs fladderde. Door de komische manier hoe hij met zijn hand fladderde leek Faith weer op aarde te zijn teruggekeerd. Vlinders fascineerden haar het meest vanwege de felle kleurtjes op hun vleugels, het gefladder en de schattigheid. ”Dankbaarheid?” Herhaalde zij op een bedenkelijke toon terwijl haar ogen waren neergeslagen tot de grond. ”Als wij aangekomen zijn in Sarania trakteer ik u op iets te drinken. Ik neem trouwens geen genoegen met een nee”
Haar ogen leken voor kort te schitteren als de sterren die je in de nacht kon aanschouwen. Zijn enthousiasme, zijn vrolijkheid leek wel aanstekelijk te zijn. Faith’s haar houding leek zich meer te ontspannen in zijn aanwezigheid. Met sierlijke passen volgde zij op zijn tempo de weg terwijl haar bruine haren licht met de bewegingen meebewogen. Een glimlach speelde om haar lippen en een zacht gelach klonk bij zijn volgende vraag, een warme lach. Met haar ogen keek ze hem stralend aan.
Mystic is een reuzenpanda of soms wel bamboebeer genoemd. Zij is een beer die wordt ondergebracht in de onderfamilie der Ailuropodinae, waarvan zij en haar andere soortgenoten de enige levende vertegenwoordigers zijn. Ze zijn vrij zeldzaam en worden met uitsterven bedreigd. Mystic is een speciale panda, haar postuur zal niet meer veranderen. Zij blijft het uiterlijk van een jonge behouden terwijl haar kracht met de jaren toeneemt. Een vreemd geval” Haar ogen ontmoette kort die van Mystic die beledigd de andere kant op keek bij de woorden; een vreemd geval.
”Zal ik u wat vertellen over dit mystieke dier?”
Faith had met de jaren veel informatie verzameld over dit dier omdat er vrij weinig over te vinden was. Velen mensen konden het dier niet eens, wisten niet eens van de panda’s hun bestaan af. Haar Mystic is één van bijzonderste wezens die Faith ooit had ontmoet. Breandán stelde een vraag betreft het onderwerp zingen? Faith keek even bedenlijk voordat zij antwoord gaf: ”Ik houd van zingen. De melodieën lijken mij altijd te kalmeren en vind het prettig om naar te luisteren. Kan gij zingen? En ik weet wel een lied… Alleen klinkt mijn gezang niet prettig in andermans oren. Ik wil dat u niet aandoen”

11..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. wo aug 29, 2012 5:18 pm

Breandán

Breandán
Ik ben een Rookie
Rookie
Woest schudde Breandán met zijn hoofd van ´nee´ toen Faith zei hem te willen trakteren op wat te drinken zo gauw als dat ze in Sarania aankwamen. Hij ging een meisje echt niet voor zich laten betalen hoor! Hij was dan misschien niet van adel of rijk of bijzonder net opgevoed, maar zover kwam hij met zijn etiketten en beleefdheid nog wel.
´Nee, nee, vrouwe Faith, dat kan ik echt niet toestaan, hoor! Een meisje voor me laten betalen zou een ware eerschending zijn! Dat is toch zeker de taak van de heer!´
Breandán knipoogde bij dat laatste woord, want hij ging er vanuit dat ze allebei wel wisten dat ´Breandán´ en ´heer´ weinig met elkaar te maken hadden op het eergevoel na dan. Maar toen ze zei dat ze geen nee accepteerde hield Bran zijn mond maar. Als ze er écht op stond dan zo hij haar misschien wel laten…
Breandán had wat flauwtjes naar het beestje gekeken toen Faith het een ‘reuzenpanda’ noemde. Erg ‘reuze’ was het anders niet, maar hij kon er de komiek wel van in zien al bleef de logica ver weg. Ook nog toen Faith het hem had uitgelegd dat Mystic, zoals ze haar beertje noemde, niet meer door zou groeien. Breandán grijnsde en wierp een blik richting zijn bastaard hond Conan die gelijk terugkeek, nog steeds met zijn tong uit zijn bek, maar met een pientere blik. Zijn hond was misschien niet het bijzonderste dier. Hij was fijn om erbij te hebben en Breandán zou hem voor geen goud willen missen. Toch vond Breandán dat Mystic beertje wel erg interessant. Hij had nog nooit zoiets gezien en vond de informatie die Faith erover wist te vertellen buitengewoon boeiend al kende hij woorden als ´bamboe´ en ´Ailuropodinae´ niet. Hij zakte door zijn knieën en probeerde het pluizige bolletje wol aan te halen. Daarna stond hij op en luisterde geboeid naar het meisje haar woorden, maar nu moest hij werkelijk lachen.
´Dat geloof ik mooi niet, maskermeisje. Iedereen kan zingen! Dus ook jij! Ik bedoel natuurlijk, dus al helemaal iemand als ye. Ik kan niet geloven dat iemand met een schoonheid als die van thy diezelfde schoonheid ook niet in de keel bezit!´
Het woord maskermeisje had hij half expres en half uit gewoonte gedaan, omdat hij Faith´s gezichtsuitdrukking als gelukkig had ervaren toen hij het voor het eerst had uitgesproken. Bovendien meende hij al zijn woorden. Breandán kón het niet geloven dat iemand als haar niet mooi kon zingen, maar hij wilde haar nou ook niet onder druk zetten. Dus terwijl ze verder liepen vroeg hij:
‘Vertel me het lied, le do thoil*? Ik ben erg nieuwsgierig naar waar ye graag naar luistert!’
En hij wilde graag zingen. En hij wilde Faith graag horen zingen als ze zou durven. Breandán kantelde zijn hoofd iets en glimlachte.
‘En als ye wil kunnen we het samen zingen? Als ye niet alleen wil dan al ben ik er zeker van dat ye dat wel zou kunnen!’

* Le do Thoil is Iers voor alsjeblieft ;p

12..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. wo aug 29, 2012 5:47 pm

Faith

Faith
Ik ben een Burger
Burger
Haar ogen werden met een slag groter toen de man woest met zijn hoofd begon te schudden. In deze tijden was het niet gebruikelijk dat een vrouw voor een man betaalde. Velen zouden raar opkijken omdat dit niet echt bij een dame hoorde. De taak van de man was het trakteren, brood op tafel brengen en zijn gezin onderhouden. De vrouw bleef thuis om het huishouden te doen, zorgen dat iedereen werd gevoed en zich volgens de etiquette gedragen. Dit alles vond Faith maar zwart wit.
”Daar heeft gij een punt mijn heer. Dat zal vrij ongepast zijn omdat mannen inderdaad voor de vrouw betalen. Als u mijn bod als nog wilt afslaan zal ik daar genoegen mee nemen. Ik wil niet dat uw eergevoel word geschonden”
Een haast betoverende glimlach kwam om haar lippen maar ondertussen zag je een trieste glans in haar ogen die nauwelijks opviel doordat zij haar hoofd had gebogen. Stiekem had de lady gehoopt om in de stad iets te gaan drinken met deze jongen, gewoon zodat zij niet alleen hoefde te doen. Misschien was dit wel een teken van boven, het lot wilde haar duidelijk voor iets behoeden.
:animatell:
Mystic had naar de hond gekeken die ondertussen zijn tong langs zijn bek liet hangen. Zij wilde zo snel mogelijk alleen met Faith de reis voortzetten. Zij hoopte dat hun in de stad ieder zijn eigen weg ging vervolgen. Iets in haar vertelde dat je deze man niet kon vertrouwen. De panda nam meer afstand wanneer het leek dat de man juist meer naar haar toe kwam. Hij leek haar te willen aanraken wat Mystic zeker niet toeliet. Mannen waren vreemde wezens die ver bij haar mochten wegblijven.

Faith’s expressie verharde bij het woord schoonheid. Een spottend lachje verscheen op haar gezicht. ”Schoonheid? Geloof mij, gij zult mij geen schoonheid vinden wanneer u werkelijk ziet wie ik ben” Met haar slanke vinger deed zij een lok achter haar oor rusten terwijl zij haar keel schraapte.


Ik stond op hoge bergen
ik zag ter zeewaart in.
Ik zag een scheepken drijven
daar waren drie ruitertjes in,
ik zag een scheepken drijven
daar waren drie ruitertjes in.

Den alderjongsten ruiter
die inne dat scheepken was
die schonk mij eens te drinken
die koele wijn uit een glas,
die schonk mij eens te drinken
die koele wijn uit een glas.

Ik breng 't u, haveloos meisjen
dat u God zegenen moet.
Geen ander zoud' ik kiezen
waart gij wat rijker van goed,
geen ander zoud' ik kiezen
waart gij wat rijker van goed.

Ben ik een haveloos meisjen?
Ik en ben 's alleine niet.
In een klooster wil ik rijden
God loon's hem die 't mij ried,
in een klooster wil ik rijden
God loon's hem die 't mij ried.

[dit is het mannelijk stuk van het lied]
Wel schoon jonkvrouwe
als gij in 't klooster gaat
hoe garen zoud' ik weten
hoe u nonnenklederen staan,
hoe garen zoud' ik weten
hoe u nonnenklederen staan!

Maar doen zij in dat klooster kwam
haar vader en die was dood.
Men vand in al mijns heren land
geen rijker kind en was groot,
men vand in al mijns heren land
geen rijker kind en was groot.

De ruiter had haast vernomen
hij sprak: Zaâlt mij mijn peerd
dat zij is in 't klooster gekomen
dat is dat mijn hert zeer deert,
dat zij is in 't klooster gekomen
dat is dat mijn hert zeer deert.

Maar doen hij voor het klooster kwam
hij klopte aan den rink
Waar is de jongste nonne
die hier lest wijding ontvink,
waar is de jongste nonne
die hier lest wijding ontvink?

Dat alderjongste nonneken
en mag niet komen uit
zij zit alhier besloten
ende zij is Jezus' bruid,
zij zit alhier besloten
ende zij is Jezus' bruid.

Zit zij hierin besloten
en is zij Jezus bruid?
Mocht ik z' eens zien of spreken
zij zoude wel komen uit,
mocht ik z' eens zien of spreken
zij zoude wel komen uit.

Dat alderjongste nonneken
ging voor den ruiter staan
haar haarken was afgeschoren
de minne was al gedaan,
haar haarken was afgeschoren
de minne was al gedaan.

Gij meugt wel thuiswaarts rijden
gij meugt wel thuiswaarts gaan
gij meugt een ander kiezen
mijn liefde is al vergaan,
gij meugt een ander kiezen
mijn liefde is al vergaan.

Doen 'k een haveloos meisje was
doen stiet gij mij met den voet.
Had gij dat woord gezwegen
het hadde geweest al goed,
had gij dat woord gezwegen
het hadde geweest al goed!



het gezang klonk als dat van een engelenkoor, haar stem klonk magisch, een stem zo fluweel en zacht dat de meeste liederen de tranen in hun ogen kregen. Haar borskas ging iets sneller op en neer dan voorheen. "Kent gij het lied heer? Het volgende stuk hoort door een man gezongen te worden, ik kan het u leren en kunnen wij zoals u eerder had gezegd samen zingen. Dat hoort men mijn valse klanken niet"

13..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. do aug 30, 2012 3:46 pm

Breandán

Breandán
Ik ben een Rookie
Rookie
Een beteuterde uitdrukking verscheen op zijn gezicht toen het beestje zich niet door hem liet aanhalen. Misschien zag hij er gewoonweg eng uit of misschien stonk hij teveel? Wat het ook was, het beertje accepteerde hem niet wat ook weer een reactie bij Conan uitlokte. De hond trok zich iets terug van de panda en ging naast zijn baas zitten. Zijn eerst zo bewegelijke staartje lag nu doodstil op de grond. Breandán liet het maar gaan en concentreerde zich weer op Faith die hem nogmaals aan het lachen maakte. Hij hield zijn vinger in de lucht en knipoogde. Gekke Faith begreep hem niet helemaal.
‘Zeker doe ik dat! Maar ik zal het goedmaken. Wanneer we in Sarania aankomen trakteer ik ye op wat te drinken! Zoals het hoort, natuurlijk!’
Breandán verstarde wat toen Faith opeens weer zo koud deed. Oké, schoonheid was het tweede onderwerp na haar masker waar hij maar niet over moest beginnen. Natuurlijk wist hij niet wat ze onder dat masker verscholen hield, maar hij kon niet geloven dat het haar hele uiterlijk afzichtelijk kon maken. Ze was nu al mooi en hij kon haar vanaf haar neus tot haar voorhoofd niet eens zien. Nou ja, als zij het zo vervelend vond zou hij het maar laten.
Aandachtig luisterde Breandán naar Faith terwijl ze zong. Hij was in ieder geval blij dat ze dat wel deed. Het liet klonk hem niet echt vrolijk in de oren ehij verstond het maar moeilijk door zijn Ierse afkomst, maar daar kon hij bijna geen aandacht aan besteden. Wat hem echt boeide was Faith’s beeldschone, melodieuze gezang. Hij werd erdoor geïntrigeerd en alles om hem heen verdween even. Breandán had niet eens door dat zijn mond open was gevallen. Opeens bewogen haar lippen vreemd en keek ze hem anders aan. Breandán keek haar wat verdwaasd aan en schudde toen kort en vragend met zijn hoofd.
‘Whut?’
Oh, damnaigh! Ze had iets gezegd of gevraagd, maar omdat hij zo geboeid had staan luisteren had hij dat niet eens doorgehad. Beschaamd streek hij met zijn hand over zijn achterhoofd terwijl zijn ogen weer helderder werden.
‘Oh sorry, Faith, wat had ye gezegd? Ik geloof niet dat ik het verstaan had..’
Met een verontschuldigende blik bleef hij haar aankijken en even wist hij niet wat te doen. Breandán wachtte maar gewoon haar antwoord af, maar opeens hoorde hij iets bewegen. Het was een minuscule hint en voor de meesten zou het klinken als het geluid van de wind die de bladeren liet ritselen of als een over de grond hippende vogel. Maar Breandán zag iets wat Faith niet zag en dat waren twee ogen die hij achter Faith langs in de bosjes achter haar kon zien. Een alarm ging in hem af en bijna uit reflex pakte hij Faith razendsnel bij haar armen vast en duwde haar opzij. Een pijl vloog vlak voor hem langs en maakte een lange kras over zijn neus. Zijn huid knapte open en warm bloed verhitte zijn gezicht, maar Breandán nam de tijd niet om daar over na te denken. Faith was niet geraakt en dat was het belangrijkste. In een bliksemsnelle beweging trok hij zijn twee kromzwaarden van zijn rug en ging beschermend voor Faith staan. Een man kwam nu uit de bosjes tevoorschijn. Een man met een zwarte cape, grijze broek en voor de rest nog meer donkere kleren. Hij hield een mes tussen zijn tanden geklemd en had er nog een vast in zijn rechterhand. De man die geschoten had bleef iets achter hem in de struiken hangen. Beiden droegen ze een vuile grijns op een gezicht en zagen er kwaadwillend uit. Breandán stond klaar in elk hand een van zijn halflange zwaarden. Conan stond als zijn ware medestrijder naast hem en gromde naar de mannen waarbij hij zijn tanden ontblootte. Breandán voelde spanning, ja, maar geen angst. Hij wist dat dit eens zou komen als was dit toch aardig snel. De in zwart gehulde man begon te spreken:
‘Als jullie ons al jullie geld en dierbare spullen geven gebeurt jullie niets…’
Breandán bleef de man uitdagend aankijken. Mooi niet dat hij zijn spullen af zou geven aan een stel ongelikte bandieten en hij zou Faith al helemaal niets af laten geven!
‘We geven ye helemaal niets,’ gromde Breandán zichzelf beheersend al klonk zijn woede goed door in zijn stem, ‘Als ye het zo graag moet, kom je eerst mij maar bevechten.’
De man in het bruin met de langboog kwam nu iets dichterbij en hield zijn boog op Breandán gericht.
‘Houd je mond, snotneus. Wij vechten niet met de jonkies. Geeft ons eerst dat maskertje maar,’ en hij wierp een grijnzende blik op Faith, ‘Zie je dat Urky? Dat ding is bezaaid met edelstenen! Dat zou ons veel opleveren! Misschien moeten we haar er ook maar bijnemen. Je weet nooit wat zulke meisjes op de zwarte markt op zullen leveren…’
Nu was het genoeg. Breandán kon het nog wel hebben als ze hen een beetje plaagden, maar Faith hier zo in betrekken was teveel. Met een woedexplosie die voelde alsof er een vulkaan in zijn maag ontplofte rende hij op de schurken af. Gevolgd door zijn hond Conan ontweek hij de pijlen van de bruine man met een zigzaggende flexibelheid en toen hij dichtbij genoeg was sloeg hij eerst zijn boog in tweeën met zijn rechterzwaard en sneed hem daarna in zijn schouder met de ander. De man krijste en trok een lange dolk uit zijn schede, maar ondertussen viel de zwarte hem van achter aan. Conan beet de bruin geklede man in zijn enkel terwijl Breandán opsprong en behendig om de man die kennelijk ‘Urk’ of ‘Urky’ heette heen en wilde hem zo in de rug slaan, maar de man kon zich op tijd omdraaien en hield hem tegen met zijn mes. Daarna ontvouwde hij zich zo dat hij Breandán met een speciale techniek in een houdgreep nam en hem diep in de ogen aankeek. Heel even dacht hij dat het over was, maar toen kreeg Breandán een geniepig grijnsje. Hij greep naar het mes dat ze man nog steeds in zijn mond had en trok het er snijdend langs zijn mondhoek uit. Vervolgens liet hij zich onder de man over de grond doorglijden en schopte zo tegen zijn knieholte dat hij op zijn knieën viel. Toen kwam de bruine man met de lange dolk die Conan blijkbaar van zich af had weten te werpen weer op hem afrennen, maar Breandán wilde dit snel afhandelen. Hij kwam de man tegemoet rennen en ontwapende hem door het met zijn twee zwaarden tegelijkertijd te ontnemen. De man werd ook nog op zijn hand geraakt en keek Breandán voor een kort moment half verbaasd en half wanhopig aan. Daarna draaide hij zich om en rende weg. Breandán draaide zelf ook om zodat hij de zwarte weer kon zien, maar die was al verdwenen. Conan kwam uit de bosjes gelopen met een zwart lapje stof in zijn bek en bleef op zijn hoede naast Breandán staan. Breandán bleef alert staan en probeerde te horen of een van de mannen zich nog ergens schuil hielt, maar na een paar minuten liet Breandán zijn schouders hangen en stopte zijn zwaarden terug in de gekruiste schedes achterop zijn rug. Er was niemand meer. Hij wist dat hij ze had kunnen doden, maar daar was hij nog niet aan toe. Een klein glimlachje speelde op zijn lippen. Die zouden zich voortaan wel twee keer bedenken voordat ze een ‘jonkie’ aan gingen vallen. Hij liep rustig terug naar Faith en ook al was hij in het gezelschap van een dame, hij kon zijn gehijg niet in houden. De horizontale snee op zijn neus was nog steeds open, maar daar het warme zweet voelde Breandán het bloed bijna niet. Tussen ademstoten door zei hij met een lach:
‘U bent wederom weer veilig, vrouwe Faith. Die twee zullen voorlopig niet meer terugkomen!’
Conan zetelde zich naast hem neer en liet zijn kop tegen Breandán knie steunen. Zijn roze tong hing uit zijn bek en hij hijgde heftig.

14..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. do aug 30, 2012 4:56 pm

Faith

Faith
Ik ben een Burger
Burger
:animatell:
Haar oortjes bewogen zachtjes terwijl de man een teleurstellende blik kreeg toen Mystic zijn aanraking in feite had geweigerd. Hij rook niet slecht maar door de verschillende situaties die zij had meegemaakt samen met Faith had Mystic een wantrouwen gekregen tegen het mannelijke geslacht. Zij probeerde altijd Faith het ‘hof’ te maken om als achterliggende gedachte om Faith onder de lakens te krijgen. Gelukkig was haar baasje slimmer dan de meeste mannen dachten dus zo gemakkelijk ging dat niet. De hond trok zich iets terug van haar en ging naast zijn baas zitten. Zijn eerst zo bewegelijke staartje lag nu doodstil op de grond. Conan leek de reactie niet te kunnen waarderen, logisch ook.
____
”Goedmaken?”
De klank die zij gebruikte in haar stem klonk hoopvol terwijl Faith’s ogen de zijne zochten. Hoe aardig kon een persoon wel niet zijn? Breandán leek wel een stralende ster die nooit zijn licht verliest, juist meer gaat schijnen. ”Een man die mij wilt trakteren? Daar zeg ik geen nee tegen. Ik zal u wel moeten waarschuwen, wanneer mensen mij zien zullen zij u ook gaan veroordelen. Als gij dat niet prettig vind mijn heer dan zult gij de belofte aan mij gauw moeten ontbinden”
Faith wilde gewoon eerlijk tegen hem zijn en alvast inlichten wat hij kon verwachten in zo’n grote stad met Faith aan zijn zijde. Haar masker brachten de gewone dorpelingen vaak van slag.

Tijdens haar gezang was het Faith opgevallen dat de mond van de man openstond. Zij had het wel een grappig uitzicht gevonden. Breandán keek haar wat verdwaasd aan en schudde toen kort en vragend met zijn hoofd. Had haar gezang hem zo van zijn stuk gebracht? Ze wist dat zij niet kon zingen maar was het dan echt zo erg? Nu kwam de schaamte bij Faith naar boven want zij durfde de man nu niet meer aan te kijken. Breandán bleek niets te hebben meegekregen, moest zij het nogmaals herhalen?
”Hoe vond u het?”

Uit het niets hoorde Faith de bomen tegen haar spreken als een zachte fluistering die haar voor iets leken te waarschuwen. Haar ogen schoten alle kanten op om te kunnen waarnemen waar het gevaar vandaan kwam. Breandán greep haar onverwachts bij haar armen en duwde haar opzij.

Net op tijd!
Er vloog pijl langs Breandán gezicht die een lange kras over zijn neus maakte. De ogen van de dame werden met een slag groter terwijl zij de kant opkeek waar de pijl vandaan was geschoten. Een man kwam nu uit de bosjes tevoorschijn. Een man met een zwarte cape, grijze broek en voor de rest nog meer donkere kleren. Hij hield een mes tussen zijn tanden geklemd en had er nog een vast in zijn rechterhand. De man die geschoten had bleef iets achter hem in de struiken hangen. Beiden droegen ze een vuile grijns op een gezicht en zagen er kwaadwillend uit.
In de tussentijd trok de jongen zijn twee kromzwaarden.
” ‘Als jullie ons al jullie geld en dierbare spullen geven gebeurt jullie niets…’ Daarop reageerde de jongen weer waardoor hij als antwoord kreeg: ’Wij vechten niet met de jonkies. Geeft ons eerst dat maskertje maar,’ en hij wierp een grijnzende blik op Faith, ‘Zie je dat Urky? Dat ding is bezaaid met edelstenen! Dat zou ons veel opleveren! Misschien moeten we haar er ook maar bijnemen. Je weet nooit wat zulke meisjes op de zwarte markt op zullen leveren…’

Bij de woorden van de bandieten leek er een misselijkheidsgevoel door Faith heen te gaan. Wat wilde zij met haar gaan doen?
Toen gebeurde alles veels te snel om voor Faith te beseffen. Breandán leek als een opengebarsten vulkaan die zich nu op de bandieten stortte.
Bij de pijlschoten reageerde Faith onmiddellijk door haar handen op te heffen en ervoor te zorgen dat de wortels van bomen in beweging kwamen. Deze vingen de pijlen op en gooide die een aantal meters verderop. Zij bekeek hoe Breandán de mannen met vluchtigheid verwonde, zich verdedigde en uitschakelde. De jongen had geen enkele hulp van Faith nodig waardoor de dame alleen nutteloos kon toekijken.

Wanneer de strijd voorbij leek te zijn liep Faith Breandán tegenmoet. Zij nam onmiddellijk zijn gezicht tussen haar zachte handen om zijn wond te kunnen bekijken. Haar gezicht was zo dichtbij dat haar warme ademhaling zijn huid zachtjes leek te strelen. ”U bent een dwaas! U leven op het spel zetten om een vrouw die je nog niet eens een dag kent. Gij moet meer om uw eigen leven bekommeren. Ik kan mijzelf ook verdedigen.” Zij schudde haar hoofd terwijl zij haar vingers op zijn kras ruste. Haar ogen waren gesloten en langzaam leek de plek warmer te worden. Haar vingers begonnen zwakjes licht te geven, de licht van genezing. De kras werd steeds minder en uiteindelijk verdween het volledig.
”Gij ziet er niks meer van” Uit haar tas pakte zij een doekje en veegde daarmee het bloed weg. ”Bedankt” Fluisterde Faith uiteindelijk en nam de nodige afstand. Haar fluistering klonk als vogelgezang, rustgevend en melodieus.

15..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. do aug 30, 2012 5:42 pm

Breandán

Breandán
Ik ben een Rookie
Rookie
Eerst begreep Breandán niet waarom Faith zo hoopvol klonk. Was het niet vanzelf sprekend dan? Dat de man of in zijn geval de jongen het meisje op wat trakteerde? Hij kon ook bijna niet anders na ze hem zo vriendelijk gezelschap had gehouden. Toch, bij wat ze vervolgens zei over dat ze wel veel aandacht zou trekken, nou ja, dat haar masker dus wel veel aandacht zou trekken liet hem schrikken. Dat was waar ook! Hij was bijna over dat masker vergeten, maar nu kwam ze er weer op terug. Ach, zolang hijzelf maar wist dat Faith een goed mens was, was er voor hem niets aan de hand. Breandán hield ook niet zo van vooroordelen en hij schaamde zich er iets voor dat hij er zelf eerst ook in was getrapt. Nu was hij er zeker van. Hij was Faith een drankje verschuldigd. De geschrokken glans verdween uit zijn ogen en hij lachte barmhartig.
‘Ik ben misschien maar simpel, vrouwe Faith, en verre van iets wat ook maar in de buurt komt van een prins of een ridder, maar manieren ken ik wel! En het zou me een ware eer zijn om met u de wegen van Sarania te bewandelen!’
Zijn lach was breed en vol tanden. Zijn ogen sprankelden, want hij wist dat op een dag, ieder die door hem uitgenodigd werd, zich zeer vereerd zou voelen. Breandán de Held. Met Breandán de Held wat drinken. Ja, hij zag het voor zich, maar voor nu was hij de timmers zoon die met het beeldige meisje mocht lopen en haar, koste wat kost, zou beschermen.. En beschermen deed hij, maar niet voordat hij zich intens verbaasde over de ongelovigheid en schaamte in Faith’s stem. Hij lachte open en vrolijk en zette daarbij zijn handen op zijn heupen.
‘Maar, Faith, kijk me toch niet zo zielig aan! Ik heb vele verschillende stemmen gehoord en ik dacht zelf dat ik er ook wel iets van kon, maar zo’n nachtegaaltje als die van thy had mijn oren nog nooit bereikt!’
Daarna knipoogde hij geruststellend en zei hij iets rustiger en serieuzer: ‘ye hebt de mooiste stem die ik ooit gehoord heb. ye moet ye daar echt niet voor schamen! ye bent… ehr, ye stem is prachtig!’
Breandán bloosde zachtjes en legde zijn hand in zijn nek. Hij was even van zijn stuk gebracht, maar de loerende ogen achter Faith haalde hem snel weer naar de echte wereld…

- Gevecht ;p -

Breandán was aangenaam verrast toen Faith hem plotseling vastpakte en genoot stiekem van haar warme adem die zijn huid lichtjes verwarmde. Bij haar woorden grinnikte Breandán.
‘Elke held is een dwaas, vrouwe Faith, anders hadden ze die titel nooit voor zich kunnen winnen. En wat is ye leven waard wanneer je er niet voor durft te vechten? Bovendien ken ik ye goed genoeg om te weten dat ik mijn leven graag op het spel zet voor u.’
Toen Faith zijn snee aanraakte begon die te prikken, maar Breandán probeerde de pijn vergeefs voor zichzelf te houden. Opeens leek de huid op zijn neus warmer te worden. Het was een aangenaam gevoel, ja, maar een vreemd licht trok zijn aandacht. Hij moest er iets scheel voor kijken om het te zien, maar toen zag hij dat Faith’s vingers die op zijn neus rustten gloeiden en dat daar waarschijnlijk de warmte vandaan kwam. Breandán stond als aan de grond genageld. Was dit hekserij? Was ze, na dit alles, toch nog een heks en had hij haar op het eerste gezicht toch nog goed ingeschat? Hij wist het niet en dat maakte hem bang. Hij bleef maar stilstaan en liet Faith het oude bloed van zijn neus halen. Trillerig wreef hij met zijn vingers over de plek waar zijn snee hoorde te zitten, terwijl hij Faith niet uit het oog verloor en voelde tot zijn verbazing dat de kras was verdwenen. Nu was de angst echt uit zijn ogen af te lezen. Wat gebeurde er? Wie was ze? Ja, wie was ze? Wie was dit mysterieuze meisje? Breandán begon lichtjes in paniek te raken, maar ondertussen werd zijn belangstelling in haar ook groter. Hij wilde vluchten en haar tegelijkertijd vragen wie ze nou werkelijk was. Opeens werden zijn gespannen gedachten uit elkaar gescheurd door dat ene woordje. ‘Bedankt’. Het was zoet, als een nachtegaal en bracht zijn innerlijke chaos even tot rust. Breandán liet zijn hoofd even hangen waardoor zijn bruine plukken over zijn gezicht hingen. Hij begreep er niets meer van.
‘Graag gedaan. Jij ook bedankt...’
Dat was het enige wat hij eruit kon krijgen. Hij kon dit niet. Hij wilde Faith wel met rust laten en de ‘verboden onderwerpen’ niet weer aansnijden, maar hij kon het niet. Met een weemoedige blik keek hij op. Breandán had het allemaal goed bedoeld. Hij wilde alleen maar goed doen, maar hij moest nu weten wie ze was. Ze verwarde hem en dat beangstigde hem. Hij hield van verassingen en avontuur, maar deze mysterie werd hem iets teveel.
‘Wie ben jij?’ vroeg hij vermoeid. Vermoeid van het gevecht en vermoeid van al dat denken. Het vechten viel nog wel mee, maar het denken kostte hem echt teveel moeite. Hij was daar nou eenmaal niet zo aan gewend.

:animatell:
Conan bleef gewoon naast hem zitten. Zijn oortjes omlaag gevouwen en voor de rest doodstil. Hij wilde zijn baas wel steunen, maar begreep dat die te verward was om nog aandacht aan hem te besteden. Nieuwsgierig keek hij naar het vreemde meisje en hield zijn kop daarbij scheef. Ze was apart. Conan kon haar ogen niet goed zien en daar hield hij niet van. Als hond kon hij emoties het beste vanuit de ogen aflezen, maar dat ging bij haar niet. Zelf was hij ook nieuwsgierig naar wie ze was en aan de andere kant was hij ook weer bang. Breandán’s gemixte gevoelens liepen nou eenmaal perfect in hem over.

16..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. do aug 30, 2012 6:17 pm

Faith

Faith
Ik ben een Burger
Burger
Voor het gevecht:

”Breandán” De toon die zij gebruikte om zijn naam uit te spreken kon je werkelijk niet beschrijven. Het had een mengeling van nederigheid, iets liefdevols en toch ook wel bewondering. Je kon er geen vaste definitie voor gebruiken. ”Gij bent misschien geen ridder, geen prins of van de adellijke bloedlijn, dit betekent immers niet dat ik dacht dat gij geen manieren heeft. Integendeel, voor een gewone burger als de uwe bent u vrij welvarend opgevoed. Gij weet hoe hij zich moet gedragen in het bijzijn van een dame en dat kunnen velen gij niet nadoen” Faith’s houding leek zekerder, haast te stralen als de zon haar zelve. Zijn lach was breed en vol tanden. Zijn ogen sprankelden en leek wel hoop in te rusten, hoop voor de droom die hij wil laten verwezenlijken.

Nu kwam het volgende punt; haar gezang waar Faith vrij onzeker over was. Eigenlijk was Faith over velen dingen onzeker. Haar uiterlijk speelde daar een grote rol bij en haar manier van doen. Vond Breandán het fijn om in haar aanwezigheid te zijn?
De knipoog zorgde ervoor dat haar knieën begonnen te knikken. Hij wist iedereen zich beter te laten voelen over hun zelve. Dit vond zij één van zijn schitterende eigenschappen, de mogelijkheid anderen positief te benaderen.
”Ik zal graag u eens willen horen zingen, ik weet zeker dat u het uitstekend kunt”

Na het gevecht:
‘Elke held is een dwaas, vrouwe Faith, anders hadden ze die titel nooit voor zich kunnen winnen. En wat is ye leven waard wanneer je er niet voor durft te vechten? Bovendien ken ik ye goed genoeg om te weten dat ik mijn leven graag op het spel zet voor u.’
Op dat ogenblik leken haar vingers lichtelijk te trillen terwijl zij hem met grote, donkere ogen had aangekeken. Donkere ogen zo mysterieus waardoor je er maar in wilde blijven kijken, je de drang gaf om de geheimen van haar ogen proberen te onthullen.
”Dat vind ik prettig om te horen Breandán maar je weet niet wie u voor zich heeft. Schijn kan bedriegen dus wees voorzichtig met uw woorden. En daarbij” Nu gaf zij een speelse tik tegen zijn neus aan. ”Kan deze dame zich uitstekend beschermen in het wild, maakt u daar geen zorgen om”
Voor het eerst in de tijd van hun ontmoeting schonk zij Breandán deze keer een knipoog.
Faith streelde met haar vingers over de stof van haar jurk vergetend dat Breandán misschien helemaal niets over magie wist. Hoe had zij deze fout kunnen begaan om haar bekwaamheid van genezing aan hem bloot te stellen? De angst stond in zijn ogen en Faith wenste dat zij de tijd had kunnen terugdraaien.

‘Wie ben jij?

Met deze vraag die hij aan haar stelde zorgde hij ervoor dat Faith nog meer ruimte tussen hun creëerde door van hem weg te stappen. Zij ruste haar hand tegen de boom die haar geruststellende woorden fluisterde. Haar hersenen leken overuren te maken om de juiste antwoord te vinden die er helaas niet was.
Tijd voor de waarheid.

”Ik ben misschien niet helemaal eerlijk tegen je geweest Breandán. Gij heeft vast nooit van de clans gehoord ofwel? Ik ben geen ‘gewoon’ iemand. Ik beschik over kunstigheden wat normale personen te boven gaan. Dit noemt men ‘hekserij’ maar ik ben niet iemand die zwarte magie beoefent. Dat zijn de Nigrissen”
Faith bleef voor enkele secondes stil om dit voor Breandán zo gemakkelijk uit te leggen. Dit moest vast waanzinnig klinken voor de jongen.
”Ik ben een Cealos. De Caelos is de spirituele clan die contact kunnen maken met bomen en het mysterieuze stof. Iedereen kent het stof dus gij ook neem ik aan?” Een flauwe glimlach sierde rond haar lippen terwijl haar haren zachtjes met het ritme van de bladeren bewoog.

Hoe zij daar stond zo tegen de boom gaf haar een schoonheid wat velen nooit zouden aanschouwen. "Ik hoop dat ik u niet heb afgeschrikt. Ik zal nooit onschuldigen pijn willen doen of angst willen aanjagen. Dit is wie ik ben, iemand die net iets anders is als anderen. Ik heb mijn straf al begaan door de zondes die ik gepleegd heb in mijn leven" Met de straf bedoelde zij de conseqenties waardoor zij nu dit masker droeg op haar gezicht.

17..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. do aug 30, 2012 7:09 pm

Breandán

Breandán
Ik ben een Rookie
Rookie
Toen Faith een stap terug deed, bleef hij zelf staan. De angst liet hem niet toe zich verder te bewegen en ook zijn sterke geest wilde niet aan zijn emoties toegeven. Breandán bleef haar met grote ogen aanstaren. Zelfs haar schoonheid drong niet tot hem door. Hij was alleen maar geïnteresseerd in haar woorden. Ze klonken als een sprookje. Als iets wat alleen maar in verhaaltjes kon gebeuren. Ze had gelijk. Hij had nog nooit van de ‘clans’ gehoord. De Nigris? De Caelos? Hij lachte even ongelovig. Natuurlijk geloofde hij deze kletspraat niet. Het was de puurste onzin die hij ooit gehoord had! Zwarte magie? Contact met bomen en dat mysterieuze iets wat men ‘Stof’ noemde? Kom op zeg! Hij was misschien niet de slimste, maar zeker niet de gekste! Breandán krabde even over zijn neus. Dat deed hij wel vaker wanneer hij verward was, maar deze keer was het ook om te checken of zijn snee er nog zat. Zijn ogen verwijdden toen hij de kras niet meer voelde. Plotseling herinnerde Breandán zich weer hoe dat kwam. Zijn ongelovige lachje verdween bij de herinnering aan de mysterieuze krachten die Faith’s handen op hem uitgeoefend hadden. Dat licht. Die warmte. Hij wist zeker dat hij het gezien en gevoeld had. Dat het echt was. Of werd hij nou krankzinnig? In zijn hoofd probeerde Breandán het allemaal op een rijtje te zetten. Er waren dus clans. Er was de Caelos waar Faith blijkbaar bij hoorde. Zij hadden contact met bomen en het Stof. Ha! Wat klonk dat idioot! Breandán had al nooit wat met dat rare stof gehad. Hij hield niet van magie en andere dingen die hij niet kon doorzien of besturen. Het maakte hem bang. De onmacht die hij erdoor voelde al zou hij dat nooit toegeven en nu kwam dit gemaskerde meisje hem doodleuk vertellen dat er spiriwiri mensen waren die zich verzamelden in clans om ermee contact te zoeken? Krankzinnig.. Nee. Faith had magie gebruikt en dat was echt geweest. Wat voor reden had ze om hierover te liegen? In Sarania zou hij het zo na kunnen vragen. Breandán besloot dat hij haar geloofde al beangstigde dit hem wel. Hij wilde een held worden, maar zou hij tegenstanders die magie konden besturen überhaupt wel aankunnen? Nu deed Breandán een stapje naar achter. En wie waren deze Nigris? Waren dit de heksen waar de volksverhalen over gingen? Over heksen en zwarte magie. Breandán had het altijd maar afgedaan als een fabeltje en nu zei Faith dat het allemaal echt was. Zijn ogen werden weer groter. Zijn lach was compleet verdwenen. Hij wilde het mooie meisje niet als een monster zien, maar de drang werd groot. En opeens, als uit het niets, werd zijn brein weer helder. Alsof in een slag een troebele vijver weer een spetterend en helder meer werd. Hij mocht Faith niet zo zien. Ze had hem wat geleerd over deze wereld. Ze had waarschijnlijk meer gezien dan hij. Breandán kwam tenslotte uit dat geïsoleerde dorpje.
Hij zuchtte even opgelucht en krabde aan zijn achterhoofd.
‘Nou, om eerlijk te zijn deed ye dat wel. Sterker nog, ye hebt me behoorlijk afgeschrokken.’
Breandán glimlachte even. Hij was behoorlijk gelovig en geloofde in vergiffenis voor iedereen. Bij de volgende woorden klonk zijn stem veel meer gekalmeerd en vooral zeer geruststellend.
‘Dat geloof ik graag, vrouwe Faith, ik ben niet meer bang voor u. Ook niet dat u me pijn wil doen en…’ Breandán deed weer een stap in haar richting. Ze was als een betovering, maar tegelijkertijd als een schuchter hert. Hij was bijna bang dat als hij te dichtbij kwam ze weg zou springen… Eenmaal dichtbij genoeg keek hij diep in haar prachtig blauwe ogen en moest even diep inademen voordat hij de volgende woorden kon uitspreken.
‘Hij vergeeft ieder die voor zijn zondes heeft geboet…’ Hij pauzeerde even en ging toen weer verder. ‘Ik geloof niet dat u zich daarvoor hoeft te schamen. Ik wil u nergens toe dwingen, maar ik geloof dat dat masker onnodig is.’
Breandán bleef het meisje indringend aankijken. Hij voelde gewoon dat ze zich ergens voor schaamde, dat het haar in de weg zat en misschien zelfs haar leven moeilijker maakte dan dat het zou hoeven te zijn.

18..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. do aug 30, 2012 8:03 pm

Faith

Faith
Ik ben een Burger
Burger
De tijd leek niet te verstrijken zo lang leek er wel een stilte tussen de twee individuen te zijn. Haar hart leek wel van de zenuwen in haar hart te kloppen waarbij ze haar hand op haar hals ruste. Alles leek opeens veel moeizamer te gaan. Ademhalen leek veel moeilijker, slikken leek veel pijnlijker en de stilte maakte de vrouw steeds meer nerveus. Wat ging er nu om bij de jongen? Dacht hij dat zij gek was zoals ieder ander deed? Een duivelskind dat moest branden in de vlammen van hel? Voor Faith was deze stilte echt ondragelijk, hoelang hield zij het nog vol? Zelfs de bomen leken haar niet te kunnen kalmeren want zij wist niet of Breandán nu een vijand van haar werd. Of hij haar nu wilde doden om voor eens en altijd van de heks af te zijn.
Haar gedachten leken als golven in de oceaan, wild en oncontroleerbaar. Er gingen zoveel dingen door haar hoofd dat de dame langzaam hoofdpijn begon te krijgen. Met twee vingers wreef zij zachtjes over haar slaap nog steeds wachtend op iets. Waar hoopte zij voor? Dat Breandán haar geloofde? Ze sprak immers de waarheid. Faith was geen leugenaar, daar zou zij niet voor in staat zijn omdat zij eerlijkheid belangrijk vond.
Door de zucht van de jongen werd Faith plotseling uit haar gedachten gebracht en haar ogen waren nu gericht naar de gestalte van de jongen. Voor kort leek zij niet te ademen terwijl zij aandachtig naar zijn woorden luisterde. De glimlach die daarna op de jongen zijn gezicht verscheen gaf Faith meer gerustelling.
”Dat is nooit mijn bedoeling geweest” Fluisterde zij onhoorbaar, Breandán zou het vast door de afstand niet hebben gehoord. Hij sprak weer en wilde haar naderen waardoor haar houding gespannen werd. Zij wilde hem geen pijn doen maar geld dat ook voor hem? Hij stond nu zo dichtbij dat Faith verstijfd stond, niets meer durfde. Bang om hem gewoon af te schrikken zoals daarnet. Wanneer hun ogen elkaar weer ontmoeten leek haar hart voor een seconde stil te staan.

Zijn woorden sloegen de spijker op zen kop.
En nu?

De jongen bleef haar doordringend aankijken waardoor Faith zich langzaam minder op haar gemak begon te voelen. Zijn blik leek wel door haar heen te gaan, recht door haar ziel. ”Stop” Nu klonk er angst in haar stem en vlug nam zij enkele stappen achteruit, verstopte zich deels achter de boom waardoor je alleen nog vanaf haar schouders zag.
”Dit masker beschermt mij om niet terug te vallen in mijn oude patroon. Ik heb mijn hele leven maskers gedragen van kinds af aan. Toen had ik er nog geen reden voor, vond het gewoon leuk. Nu beschermt het mij van de vreselijke herinneren, de dingen die ik heb gezien en meegemaakt. Het weerhoudt mij ervan om niet gek te worden”

Je merkte overduidelijk dat Faith haar masker als een excuus gebruikte om haar niet te laten confronteren met de waarheid. Zij had haar verleden nog steeds niet verwerkt. [color=purple]”Ik wil niet dat gij mij als een… als een monster ziet. Ik heb ook niet gevraagd om deze bovennatuurlijke machen maar het is mij toch geschonken. Ik denk dat de Heer boven mij niet zomaar magie heeft geschonken. Voor alles is er een reden”nkele minuten bleef er een stilte voordat zij verder sprak. [color=purple]"Er is ook een reden waarom hij onze wegen heeft laten kruizen. Ik geloof om mij kennis aan jou over te brengen. Jij hebt een droom te verwezen"


- Ik had even geen zin om na te lezen dus sorry als het wat slordiger is Embarassed

19..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. za sep 01, 2012 6:45 pm

Breandán

Breandán
Ik ben een Rookie
Rookie
Hij deinsde niet terug toen Faith toevlucht achter de boom zocht. Zijn stappen werden wel langzamer, maar zo makkelijk kwam ze er nu niet vanaf. Ze had hem verteld over iets wat voor hem over kwam als een nieuwe wereld. Ze mocht hem niet achterlaten. Bij haar woorden bleef Breandán wel stilstaan. Hij was nieuwsgierig naar wat ze had meegemaakt, maar voelde dat hij daar maar niet naar moest vragen. Het bleek immers zo ernstig voor haar te zijn dat ze dat masker bleef dragen. Hij wenste dat hij over de juiste woorden beschikte om haar te overtuigen dat ze dat masker niet nodig had. Dat ze ook mooi kon zijn zonder dat ding, maar voor het eerst sinds lange tijd voelde Breandán zich machteloos. Hij kende geen woorden die tot het gewenste resultaat zouden leiden. Faith gebruikte het masker als een excuus voor de waarheid en de waarheid kun je niet ontlopen. Achterhalen zal hij je altijd. Met of zonder masker.
‘De waarheid ontkom je niet met dat masker,’ fluisterde hij zachtjes en keek haar vanonder zijn donkere wimpers aan. Breandán moest omhoog kijken omdat de rand van het bos waar Faith zich achter de boom verschool hoger lag dan de weg waar hij zich bevond. Aandachtig bleef Breandán naar haar woorden luisteren en hij begreep haar. Plotseling verdween ook alle angst, want ze had gelijk. Als dit tegen de wil van Hem inging dan had Faith nooit krachten gehad. Waren er nooit magische clans geweest. Misschien werd de magie wel voor het goede gebruikt. Hoe dan ook, Breandán wist dat kwaad altijd het onderspit aan het goede zou delven. Zo was het en zo zou het altijd blijven.
Zoveel woorden die Breandán zou willen zeggen. Zoveel onmacht dat hij er bijna door verscheurd werd, maar er was maar één ding dat in zijn geest was blijven hangen als een scherpe splinter die zijn gedachten deed bloeden.
‘Je bent geen monster,’ nogmaals in fluistertoon.
Hij wilde dat ze dát wist. Voor hem was dat nu het belangrijkste. Dat ze wist dat ze dat niet was. Het liefste zou Breandán dit alles nu vergeten, Faith bij de arm nemen en hun weg naar Sarania vervolgen, maar dat zou nu wat ongepast zijn. Knipperen was moeilijk, want zijn oogleden voelden nu zwaar, een misselijk gevoel plaagde zijn buik en zijn hoofd bonkte zachtjes. Zoveel informatie, zoveel gedachten, zoveel van alles. Wat nou als de bandieten magie hadden kunnen besturen? Had hij hier dan nog zo gestaan of had hij dan nu als voer voor de ratten gediend? Breandán wist het niet. Het enige wat hem enigszins geruststelde was de gedachte dat God het echte kwade wel zou tegenhouden en dat hij zijn hoofd bij Faith moest houden. Jeetje, zijn reis op weg naar het worden van een held was pas net begonnen en nu al zulke tegenslagen…
NEE. Hij móest een held worden. Dat had hij zijn familie beloofd. Dat had hij zichzelf beloofd. Magie of geen magie. Clans of geen clans. Hij zou een held worden! Hij kon het! Hij moest het. Breandán balde zijn vuisten en keek Faith vol vastberadenheid aan. Een klein glimlachje speelde op zijn lipje. Dit alles maakte het misschien moeilijker, maar dus ook uitdagender en Breandán nam de uitdaging aan!

‘Ye hebt gelijk. Voor alles is een reden. Voor mij dus ook.’
Een reden om harder te moeten werken. Harder werken om mijn doel te bereiken, maar ik zal het halen en niemand die mij tegenhoudt!
‘En jij, Faith, ontdek je krachten verder. Hij heeft ze je niet voor niets geschonken, maar wanneer de tijd dat toelaat, zet dan dat masker van je af. Je hoeft niet voor eeuwig te boeten.’
Een vriendelijkere lach sierde Breandán gezicht nu, maar de vastbeslotenheid vervaagde niet uit zijn ogen. Hij stak zijn hand krachtig uit. What doesn’t kill you makes you stronger.
‘Kom, Faith. Je hebt nog een drankje van me tegoed.’

20..~ Saoirse! ~.. Empty Re: ..~ Saoirse! ~.. za sep 01, 2012 9:59 pm

Faith

Faith
Ik ben een Burger
Burger
Met een zucht plaatste ze haar handen naast haar lichaam op de rand van de boom. Ze voelde de ruwe structuur en duwde zich lichtjes af, om niet meer te verschuilen.
De jongen liet het ook niet toe.
Slenterend liep ze om de boom heen terwijl haar vingertoppen lichtjes in aanraking kwamen met de boomschors. Ze sluimerde lichtjes weg, in slaap viel ze niet, maar ze was een beetje weg. Faith wilde de waarheid niet onder ogen komen, daar was zij mentaal nog niet voor instaat. Ze snoof zachtjes de aangename geur van de bladeren die haar herinnerde aan de herfstdagen. Een zucht schoof over haar lippen en ze richtte haar ogen op Mystic die alles nauwlettend in de gaten hield. Faith keek voor kort naar de jongen om haar blik al snel weer weg te richten. Haar littekens van het verleden waren niet voor anderen om te zien. De pijn was niet voor anderen om te zien.
De waarheid ontkom je niet met dat masker,’
Ondragelijk had zij deze woorden gevonden omdat het recht door haar hart ging. Breandán zat juist, hij wist waar hij over sprak. Was het zo overduidelijk geweest? Haar woorden zo doorzichtig?
Voor kort beet de dame zachtjes op haar onderlip totdat zij de smaak van bloed proefde. Waarom moest zij ervoor zorgen dat haar lippen weer barsten?
Nervositeit, ontkenning.
”Dat weet ik” Haar stemklanken waren zoet en vormden één harmonie. De uitdrukking in haar ogen straalde een pijnlijke glans uit terwijl zij Breandán niet durfde aan te kijken.
Een ijzige wind speelde op terwijl de dame rilde van de kou. Zij sloeg haar armen over elkaar heen die zij gekruist tegen haar borstkas drukte. Lopen was de enige manier om ‘warm’ te blijven. Beweging zorgde ervoor dat Faith het minder koud kreeg.

Hij vertelde in een fluisterende toon dat zij geen monster is - waarom had hij angstig naar haar gekeken? Hij wist dat zij niet zoals ieder ander was en vandaar de angst die hij enkele minuten geleden aan haar toonde. De woorden van de jongen brachten een enkele troost omdat hij de eerste persoon was om dapper genoeg te zeggen dat zij geen monster is. Dat vond hij niet zoals al die anderen.
”Betekent dit dat gij dan niet meer bang voor mij bent? Ik ben geen heks noch geen ‘sterveling’” Haar vinger krulde om de witte stof van haar jurk waar zij lichtjes mee speelde. ”Kan ik gij in vertrouwen nemen na wat ik u heb verteld? Zult gij het niet door vertellen aan de stedelingen van Sarania? Gij moet mij dit beloven” Nu keek zij hem recht in zijn ogen aan om te zien of hij met waarheid haar een belofte ging schenken. Het verzegelen van zijn lippen, een geheim bewaren.
”Anders scheiden nu onze wegen” Zij wilde niet in gevaar komen, Faith wilde niet op de brandstapel worden gegooid.

Uiteindelijk leek de jongen met haar eens te zijn, voor alles is een reden. ”Ik kan u veel dingen leren, verhalen vertellen waar gij nooit eerder van heeft gehoord en van alles laten zien over deze wereld als u de persoon wilt worden waar gij naar verlangd.” Hij wilde een droom verwezenlijken en dat kon alleen als hij meer wist over Dust.
Aandachtig had zij naar zijn woorden geluisterd waarop zij als reactie haar hand op zijn schouder had gerust. Een dankbare echter warme glimlach schonk zij de jongen waar iedere man voor op de knieën ging, moeilijk om te weerstaan. ”De tijd zal het leren. Wanneer de dag aanbreekt, wanneer ik voel dat ik het masker niet meer nodig heb dan alleen zal ik het masker van mijn gezicht afhalen. Ik denk dat de volkeren nog niet klaar zijn om mij werkelijk te aanschouwen. Het zal de mensen verontrusten wanneer zij mijn gezicht zien. Misschien zal de dag nooit komen, ik weet zelf niet waar het lot mij naartoe zal brengen. Wat het voor mij in de planning heeft”

Intussen bekeek Mystic de hele situatie. Hopelijk zouden hun paden gauw genoeg scheiden want Mystic vond hun ontmoeting 10 keer niks. Faith daar in tegen begon sierlijk te huppelen als een adembenemend verschijnsel, een engel uit de hemel gevallen door de jurk die om haar lichaam leek te sieren. Haar panda volgde haar trouw aan haar zijde terwijl Faith over haar schouder naar de jongen keek. ”Heeft gij zin in een wedstrijd? Wie het eerste de grens bereikt?” Een ondeugende twinkeling verscheen in haar gezicht, wachtend op een antwoord.

Gesponsorde inhoud


Ik ben een

Vorige onderwerp Volgende onderwerp Terug naar boven Bericht [Pagina 1 van 1]

Permissies van dit forum: Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum