Als een roosje lag Melodie te slapen, ze was uitgeput, maar toch voelde ze zich een stuk beter nadat ze zich had gewassen in het meertje. Het was niet bepaald leuk geweest om je te wassen in een ijskoude rivier maar het was wel goed voor haar geweest. Zoals iedereen die sliep droomde Melodie ook.
Het was donker om haar heen, ''Hallo? Is daar iemand?'' Vroeg Melodie zachtjes. Ze zetten een stap vooruit, haar stap galmde na. Ze rilde lichtjes, het was een enge plek. ''Symfonie?'' vroeg ze nu luider. Nog steeds geen gehoor. Melodie ging zitten en tuurde de duisternis in, wat was dit voor plek?
''Kom hier heen...'' Melodie keek op en keek in het rond, niets. ''W-waar ben u?'' vroeg Melodie stotterend.
''Hier zo..'' Melodie slikte en stond op. Die stem, hij klonk zo warm, zo liefdevol. Zonder er besef liep ze voor zich uit. ''Wie bent u?'' vroeg Melodie. Een vriendelijk lach klonk in de duisternis,
''Kom hier heen, mijn dochter...'' Melodie beet op haar onderlip. ''Mama?''
''Kom hier heen Melodie...'' fluisterde de stem. Melodie zetten het op het rennen, ze zag licht dat steeds groter en groter werd. Eenmaal bij het licht sierde er bladeren om haar heen. Melodie deed haar ogen dicht en voelde hoe de wind langs haar heen waaide. Toen ze haar ogen openen deed stond ze in een veld. Een groot veld met middenin de grootste en mooiste boom die ze ooit had gezien. ''Mama?'' vroeg Melodie nog eens en liep richting de boom toe. Eenmaal bij de boom zag ze iets liggen in de struikgewassen, het was een grote witte tijger, net als Symfonie. ''Symfonie?'' De grote witte tijger keek op en schudde zijn hoofd, langzaam stond hij op en liep de grote tijger weg, maar hij stopte even toen hij merkte dat Melodie hem niet volgde.
''Volg mij...'' Melodie slikte maar deed wat de tijger zei en volgde hem. De grote boom achter haar verdween en de omgeving maakte plaats voor nog veel meer bomen. Het lied van de natuur klonk en de lucht was zo blauw als de zee. Het was hier prachtig.
''Melodie...'' fluisterde de zoete stem weer. Melodie keek op, daar op een rots stond een vrouw, een prachtige vrouw. Maar Melodie herkende haar niet, dit was haar moeder niet. Maar toch, ze leek zoveel op haar. Die blonde haren, die kristal blauwe ogen. De vrouw had een bloemenkrans in haar haren. ''Wie bent u?'' De vrouw glimlachte vertederd.
''Ik ben je moeder, Melodie...'' vertelde de vrouw. Melodie schudde haar hoofd. ''Nee, mijn moeder heeft zwart haar...'' Zei Melodie. De vrouw keek haar bedroefd aan en ging voor haar staan, haar kleed sleepte achter haar aan.
''De mensen die je ziet als ouders zijn jou ouders niet, Melodie..'' Melodie keek met grote ogen naar de vrouw was dit een grap?
''Enig idee hoe je aan de naam Melodie komt?'' ''Me ouders werden verliefd op elkaar toen ze muziek speelde...''
''Een leugen Melodie..'' Melodie keek de vrouw aan, ''Waar heeft u het over...'' De vrouw stak haar hand uit,
''Kom, ik laat het je zien..'' Melodie pakte haar hand aan en de omgeving veranderde, daar in de struikgewassen klonk gehuil, gehuil van een baby. Een witte tijgerwelp lag hier naast. Om haar heen was het blauwe licht en de muziek van de natuur speelde rond haar heen. ''De
mensen vonden je door de muziek, Melodie...'' Melodie keek toe hoe 2 mensen naar haar toe liepen. ''Kunnen ze me zien?'' De vrouw schudde haar hoofd. De mensen leken op haar ouders, de zwarte haren en de groene ogen, zelfs de anima's die naast hun liepen klopte. De mensen spraken met elkaar. Toen ze hun namen zeiden voelde tranen de ogen van Melodie.
''Je bent bijzonder Melodie, je bent sterker dan andere, je ouders wouden je geen pijn doen. Een kind zoals jij word eens in de 300 jaar geboren, mijn kind.'' Melodie keek de vrouw met tranen in haar ogen aan. ''Waarom heeft u me achter gelaten...''
''Ik ben er niet meer, Melodie...'' Melodie keek de vrouw aan.
''Ik ben veranderd in stof nadat ik je te vondeling heb gelegd...'' ''Waarom?''
''De Nigris clan...'' Meer hoefde Melodie niet te horen, slechte mensen. Ze drukte haar gezicht tegen haar moeder aan.
''Je hoort thuis in het bos, mijn kind... Het zal je altijd beschermen..'' Melodie snikte en voelde hoe haar tranen langs haar wangen liepen. Een vrouwenhand veegde ze weg.
''Huil alsjeblieft niet, Melodie. Je bent sterk en ik ben trots op je...'' De vrouw liet haar hand los en verdween. Melodie stak haar hand nog uit maar wat ze voelde was stof.
Melodie schoot overeind en keek om zich heen. Ze lag nog steeds bij het meer, ze had erg lopen zweten en ook haar wangen waren nat. Symfonie was ook wakker geschrokken door haar wederhelft. Melodie keek eerst zoekend rond maar gaf het op toen ze niet zag wat ze wou zien. Haar moeder? Haar ouders, haar pleegouders waren nooit eerlijk tegen haar geweest. Ze was helemaal geen dochter van hen. Hoe durfde ze dat te zeggen! Ze veegde een nieuwe traan weg en keek naar Catharina die bezig was met mengsels. Ze sprak met Eros. Haar stem klonk zo warm en liefdevol. Melodie zuchte, wat probeerde haar moeder nou duidelijk te maken... Eens in de 300 jaar. Wat bedoelde ze daar mee? En wat had de Nigris clan hier mee te maken. Zoveel vragen onbeantwoord.